Oud vet ruikt gezellig, de tweewekelijkse rubriek over verdwenen cafés in Utrecht. Dit keer: Kraantje Lek, HartenAas, Bar Judoka en Judokabar (1921-1974).

Zeker 50 jaar was er een café op de Jacobsstraat ter hoogte waar nu de etalages van de Bijenkorf te vinden zijn. In de begintijd, zo rond 1920, heette het café nog Kraantje Lek. Frans van Rijnsoever herinnerde het zich nog allemaal heel goed toen hij, 89 jaar oud, het verhaal in 2010 vertelde.

"Al heel vroeg zat ik de horeca want als jochie hielp ik mijn vader achter de bar van zijn café aan de St. Jacobsstraat. Het zat in het stukje dat voorheen nog de Korte Viestraat heette en als er varkensmarkt was in de straat kwamen de bezoekers bij ons een glas melk of chocolademelk drinken. Daar namen ze dan ook vaak een krentenslof bij, die kostte 8 cent."

Voordat vader Van Rijnsoever het café rond 1920 begon was er in het pand nog een zogeheten melksalon gevestigd geweest van ene M. Wiggelinkhuijsen. Die hield in de zaak, met de naam 'De Hoop', pianoconcerten zoals blijkt uit een advertentie van de opening in 1905. Later zou Wiggelinkhuijsen er ook een logement beginnen.

Dat logement werd in 1917 overgenomen door P.J.F. Otto en in augustus 1919 werd het een krantenkop onder de titel: 'Huis van ontucht'. De politie was er binnengevallen omdat drie vrouwen, die gearresteerd werden, het pand gebruikten als 'rendez-vous'.

Na de overname in 1921 zette Van Rijnsoever de melksalon voort maar veranderde het in de loop der jaren ook in een café met de naam 'Kraantje Lek'. Hij was een echte ondernemer want naast horeca had hij ook een expeditiebedrijf dat pakketdiensten deed tussen Utrecht en Amsterdam. Dat ging niet alleen over de weg maar ook via het water met twee motorboten die over de Leidsche Rijn en het Merwedekanaal (later Amsterdam-Rijnkanaal) naar Amsterdam voeren.

Ook was er een groothandel in dranken, waar vader Van Rijnsoever zijn zonen aan het werk zette. Frans: "Lange tijd werkten we onder de naam Gebroeders Van Rijnsoever. We hadden een opslag aan de Oudegracht 269 en we leverden aan tientallen winkels en cafés. We waren ook leverancier van het populaire Van Vollenhoven bier. Café Van den Heuvel, later café Willem Slok, in de Korte Koestraat en Marktzicht in de Breedstraat hadden het op de tap en mijn vader natuurlijk ook."

Kraantje Lek, zo heette het café vlak na de oorlog nog. "Mijn broer Wim had het overgenomen nadat mijn vader, die ze De Lip noemden, in januari 1940 was overleden. Mijn moeder was in 1931 al overleden. Ze was 48 jaar oud en had zestien kinderen gehad."

Kort na de oorlog ging Frans ook in het café werken en wijzigde de naam in 'Bar Judoka'. "Dat was omdat ik omging met flink wat judoka’s zoals Van Rijn, Jan Snijders, de gebroeders Brouwer en Kurver. Natuurlijk was ook Anton Geesink daarbij. We trainden in de sportschool van Van der Horst op het Oudkerkhof. Die man stond aan de basis van al het goeds dat judo voor Utrecht heeft opgeleverd."

Bar Judoka bleek niet de naam waar iedereen blij mee was want toen eind jaren vijftig Anton van Rijnsoever (broer van Frans) uitbater werd van het café noemde hij het etablissement 'Hartenaas' vanwege de vele kaartspelen die er plaatsvonden.

Het zou een tussenpoos zijn want in 1964 keerden Frans en zijn vrouw Annie terug in het café: "We hebben het helemaal laten verbouwen. Ik heb Anton Geesink toen gevraagd, die net Olympisch kampioen was, het café te openen. Mijn plan was dat hij een bordkartonnen deur zou intrappen, maar dat vond de judobond geen goed plan omdat het te agressief overkwam. Het is toen bij het doorknippen van een lintje gebleven."

Anton Geesink met Frans en Annie van Rijnsoever bij de opening van de Judokabar. Foto: familie Van Rijnsoever

Advertentie in 1964.

Frans en Annie gaven Hartenaas weer een nieuwe naam en dat werd 'de Judokabar'. Frans: "We hadden veel klanten uit Wijk C. Kolonialen ook die in logementen, zoals bij Van der Pijl in de Willemstraat, woonden en die doordeweeks hun inkomen verdienden met ‘goossie’. Dat was met garen en band langs de deuren gaan.

"Er was ook een klant, Alphons de behanger, die altijd om wat spiritus vroeg. Hij had dat nodig voor z’n werk, zei hij. Maar als we even niet keken nipte hij aan de fles. Er waren wel meer van die mensen die spiritus dronken. We noemden ze de spirituslampjes. Als je aardappelschillen in de spiritus deed haalde je de blauwe kleur eruit en zag het eruit als jenever."

De muziek in het café kwam lange tijd uit een jukebox en achter de bar had Frans een microfoon klaarliggen: "Voor als mensen mee wilden zingen. Dat gebeurde nog wel eens. Zelf was ik een groot liefhebber van My Lord van Corry Brokken. Dan kreeg ik een brok in m’n keel als ik dat hoorde."

In 1974 is de Judokabar gesloten. Bouwbedrijf Bredero had het pand voor veel geld gekocht om het te kunnen slopen voor nieuwbouw, net als de andere winkels en gebouwen op het rijtje. "Ik heb nog gezocht naar een andere locatie om door te gaan maar niets beviel ons. Bij de Rotterdamse Bank op het Oudkerkhof ben ik conciërge geworden. De bankdirecteur kende ik nog als vaste klant van het café. Daar heb ik alsnog zeventien jaar gewerkt. Zo kon ik ook nog een pensioentje opbouwen en daar hebben mijn vrouw en ik nog steeds profijt van."

 Frans werd 95 en overleed in 2017, zijn vrouw Annie overleed in 2012.

 (artikel m.m.v. Vincent Dirksen.)

Frans van Rijnsoever in Kraantje Lek vlak na de oorlog. Foto: familie Van Rijnsoever