Voetbalverslaggever Hans van Echtelt volgt voor Nieuws030 de capriolen van FC Utrecht. Dit keer zijn gedachten over het nieuwe seizoen.  

Na enige aarzeling heb ik vorige week mijn seizoenkaart verlengd. Tal van wedstrijden in het afgelopen voetbaljaar hadden immers geen hoge amusementswaarde zodat het verlengen van die kaart voor mij dit keer zeker geen automatisme was. De transferperiode heeft me over de streep getrokken, en ook het contracteren van John van de Brom als nieuwe hoofdcoach.

Dat FC Utrecht hoopvol mag uitkijken naar het treffen tegen Zrinjski (dat vrijwel zeker de eerste opponent wordt na de uitslag 0-3 van donderdagavond) op 25 juli in Galgenwaard, heeft met die voorgeschiedenis te maken. Met de komst van Vaclav Cerny en Adrian Dalmau naast de al eerder gecontracteerde Adam Maher lijkt de selectie in aanvallend opzicht kwalitatief beduidend verbeterd.

Pas in de eerste competitiewedstrijd tegen Den Haag, (vastgesteld  op zondag 4 augustus om half vijf) zal blijken in hoeverre de nieuwe trainer vanuit de nieuwe selectie een ingespeeld team heeft kunnen maken. Duidelijk is wel dat de onderlinge concurrentie beduidend is toegenomen. ,,Dat kan ook een valkuil zijn voor het elftal, dat bepaalde spelers niet zeker zijn van een basisplaats en daardoor meer faalangst kennen,’’ zo geeft mijn vaste buurman op Vak P zijn voorlopige indruk weer.

John van de Brom heeft in het verleden bewezen dat hij niet beducht is om aanvallend te voetballen en jonge talenten een kans te geven. De Amersfoorter heeft in de oefenwedstrijden tal van onbekende spelers getest die op termijn mogelijk een vaste waarde zullen worden voor de A-selectie. Bij AZ presteerde Van de Brom dat met jonge talenten als Guus Til, Teun Koopmeiners, Thomas Ouwejanb en Pantelis Hatzidiakos, die allen hun weg vonden naar de Alkmaarse hoofdmacht.

In recente oefenwedstrijden tegen Elinkwijk en MSV werd al duidelijk dat er in de opleiding van FC Utrecht genoeg talent rondloopt dat het in de nabije of iets verdere toekomst tot basisspeler zal kunnen schoppen. Samen met zijn assistent Dennis Haar ziet hij zich voor de opdracht geplaatst om FC Utrecht opnieuw naar Europees voetbal te loodsen. Maar dan op een andere manier als zijn voorganger Dick Advocaat deed. Die bewaarde het beste van zijn ploeg tot de nacompetitie en stelde daarmee het geduld van de aanhang van FC Utrecht (en ons op Vak P) wel erg vaak op de proef.