Maandag 7 mei 1945 - Bij de hevige schietpartij, rond het middaguur op de Nassaulaan in Utrecht bij het Rosarium, zijn volgens de laatste berichten tien leden van de Binnenlandse Strijdkrachten om het leven gekomen. Twee leden zijn gewond. De gebeurtenis werpt een zwarte schaduw over wat de feestelijkste dag uit de geschiedenis van de stad had moeten worden.

Volgens onze verslaggevers ter plaatse is de schietpartij ontstaan, toen een groep BS’ers, onder leiding van de student Indisch Recht Hans Muus, te voet vanuit de Graaf Adolflaan op weg ging naar de Maliebaan. Daar hoopten ze een nieuw gebouw in gebruik te nemen, Maliebaan 15, het statige pand dat vanaf mei 1940 het kantoor was geweest van de Duitse Beauftragte, de plaatsvervanger van Seyss-Inquart in de provincie.

Volgens andere berichten, niet bevestigd, zou de groep opdracht hebben gehad om Mussert te arresteren in zijn woning aan de Nassaulaan, maar die bevindt zich in Den Haag.

Onderweg troffen ze een groep Duitse militairen, die een stilgevallen vrachtwagen probeerde aan te duwen. Bij deze ontmoeting moet het misgegaan zijn. Het is onduidelijk wat precies de aanleiding was, maar op enig moment is er een schot gevallen, waarna de Duitsers het vuur hebben geopend op de BS’ers. Zij waren kansloos, want van alle kanten kwamen Duitse soldaten aangesneld. Zo kwam er toevallig een grote groep Duitsers op de fiets langs.

Toen het geweervuur verstomd was bleken er tien leden van de Binnenlandse Strijdkrachten te zijn gedood. Twee hadden het overleefd. Onder hen Hans van Ameijde die dekking had gezocht achter een muurtje en die op het eind met de handen omhoog tevoorschijn was gekomen. Hij werd alsnog in de arm geraakt.

De precieze toedracht van de confrontatie is op dit moment nog niet duidelijk. Het lijkt er sterk op dat hedenmorgen de Binnenlandse Strijdkrachten van de stadscommandant toestemming hebben gekregen om Duitsers te ontwapenen. Dat zou dan in strijd zijn met de order die de landelijk bevelhebber van de BS, generaal Koot, op 4 mei heeft gegeven, namelijk dat de BS zich terughoudend moet opstellen en niet bevoegd is om Duitsers te ontwapenen. Het ziet er naar uit dat sommige BS’ers zich niet aan dat bevel hebben gehouden.

Een ooggetuige, Roel Sangster (woonachtig Homeruslaan) vertelt ons: "Mijn zus Eva en ik gingen door ’t Wilhelminapark maar we hoorden steeds schieten en Eva vond ’t niet prettig. We zagen toen groepjes mensen en dat was waarschijnlijk omdat ze naar ’t oppikken van de NSB'ers keken en erover spraken. Maar toen we op de Koningslaan liepen werd ’t gevaarlijk. We zagen om de zoveel meter een ondergrondse met een machinegeweer en verderop zagen we Duitsers en N.B.S. (Nederlandse Binnenlandse Strijders) aan ’t vechten.

De een viel dood neer en Eva vond ’t een vreselijk gezicht. Steeds vlogen de mensen naar binnen en Eva was al heel bleek. Toen ging ik door en we zagen met een andermans verrekijker nog twee anderen dood liggen. Twee anderen waren gewond. Toen kwamen de verpleegsters en ’t gevecht was afgelopen en even later zagen we Duitsers en N.B.S. door elkaar lopen. Een vreselijk gek gezicht. Toen vond Eva ’t welletjes en wilde naar huis want Vader en Moeder zullen wel erg ongerust zijn. Nergens kon je lopen of we zagen NBS met machinegeweren. Mensen die erlangs gelopen hadden zeiden, dat er 10 doden waren voor ’t huis van Mussert!"