Huiding - Het joodse meisje Like Roos dat onderdook in Utrecht

Gepubliceerd: woensdag 5 maart 2025 21:48
Utrechter Ad Huiding kreeg jaren geleden originele foto's onder ogen waarop het joodse meisje Like Roos is te zien tijdens haar onderduiktijd in Utrecht. Ze overleefde, haar ouders en broer niet. Hij ging op zoek naar Like om de foto's aan haar te geven. Maar toen ontdekte hij dat ze al was overleden en zonder nazaten.
Hij plaatst nu aanstaande zondag 9 maart voor het voormalige onderduikadres Cartesiusweg 103 om 14.00 uur een struikelsteentje voor haar. Daarbij is ook een familielid van Like aanwezig, een achterkleinkind van een in de oorlog vermoorde oom.
Wat ik heb achterhaald over het joodse meisje Like Roos
door Ad Huiding
Het mooiste moment van dit verhaal is dat bij het joodse gezin van Jules Jacob Roos en Selma Roos-Vos in Den Haag op 25 mei 1933 een dochter wordt geboren. Ze noemen haar Like Berthe. Ze heeft een oudere broer, Edgar.
In het voorjaar van 1939 verhuist het gezin naar de Zuider-Amstellaan in Amsterdam. Een nieuwe plek voor het gezin. Edgar moet naar een nieuwe school en Like wordt ingeschreven voor de lagere school. In mei wordt ze 6 jaar.
Als de oorlog uitbreekt, volgen er nare maatregelen van de Duitsers die vooral de joodse burgers treffen, zoals het uitsluiten van openbare plekken en vele andere. Dan komt de maatregel dat per september 1941 joodse kinderen niet meer naar de openbare scholen mogen. Ze moeten naar speciale joodse scholen.
De familie Roos besluit om dat voor hun dochter niet te doen en brengen haar onder bij de zus en zwager van Selma in Utrecht. Het is het echtpaar Wolf Elias Schenk en Berthe Schenk-Vos. Ook joodse mensen, maar het echtpaar heeft een beschermende status omdat ze tot de 'Barneveldgroep' behoren, hen is beloofd dat ze niet zullen worden gedeporteerd en hun huis niet hoeven te verlaten.
Karel Frederiks, secretaris-generaal van het ministerie van Binnenlandse zaken, stelde in 1942 een lijst op van joden die beschermd dienden te worden tegen transport naar de concentratiekampen. Zij zouden belangrijk zijn voor Nederland en daarom voor de Duitsers. Deze lijst werd bekend als 'de Barneveldlijst'.
Like woont bij de familie Schenk in een groot huis aan de Plompetorengracht (op nummer 20).
Inmiddels wordt begin mei 1942 de jodenster ingevoerd en een maand later krijgt de familie Schenk het bericht dat hun woning in beslag zal worden genomen voor de huisvesting van een Duitse generaal. De familie Schenk raakt mede hierdoor het vertrouwen in de beschermde status kwijt en besluit om onder te duiken.
Door bemiddeling van politieagent Chris van Cooten, die in het verzet zat, wordt het onderduiken goed geregeld. De drie verhuizen naar de Cartesiusweg. Like komt bij familie Van Maarschalkerweerd terecht op nummer 103 en het echtpaar Schenk op de bovenverdieping bij een pasgetrouwd stel zonder kinderen op nummer 29.
Zij verblijven daar alledrie veilig tot na de bevrijding. Like was al die tijd echt opgenomen in het gezin Van Maarschalkerweerd en speelde ook gewoon buiten met de kinderen mee.
Dan het verschrikkelijkste uit dit verhaal. Na de bevrijding gaat Like met haar tante en oom na enige tijd weer terug naar de woning aan de Plompetorengracht. Daar wachten ze tot zij iets horen over hun familie. En dan komt het moment dat ze te horen krijgen dat hun drie dierbaren niet meer leven. Likes vader, moeder en broertje zijn vermoord in het Duitse vernietigingskamp Sobibor op 23 mei 1943. Dat was twee dagen voor de tiende verjaardag van Like.
Het is een ongelofelijk zware klap.
Like, nu een joods weesmeisje, groeit verder in Utrecht op. Ze doet hbs-a op het Gemeentelijk Lyceum en gaat daarna psychologie studeren. Ze studeert in 1965 af aan de Utrechtse universiteit.
In 1966 emigreert Like naar Amerika en daar schrijft ze een boek dat een jaar later wordt uitgegeven: 'Sex in Modern Marriage'. Het is gebaseerd op haar afstudeerscriptie.
Ze heeft het daar toch niet naar haar zin, waarschijnlijk. Want ze vertrekt voorgoed naar Israël (datum niet bekend) om daar opnieuw te beginnen. In haar eigen vakgebied vindt ze geen werk, ze krijgt het Hebreeuws niet onder de knie en besluit om ander werk te zoeken. Zij gaat aan het werk bij een goud- en zilverbedrijf van een Jemenietische eigenaar waarmee zij een goede band heeft. Ze zal daar tot haar pensioen blijven.
In 1983 komt zij even naar Utrecht omdat in juli haar pleegvader mr. Wolff Elias Schenk op 91-jarige leeftijd is overleden, hij was repetitor Romeins recht en Nederlands privaatrecht.
Ook komt ze hier in augustus 1985 omdat haar pleegmoeder Bé Schenk is overleden. Zij was een bekend toneelactrice, die later ook toneelles gaf.
Like is de erfgenaam en na de crematie moet ze daarom enkele zaken in Utrecht afwikkelen. Ze heeft nog even contact met de dochter van de familie van haar onderduikadres, Egbertien, en samen bekijken nog foto’s uit die tijd. Dan vertrekt Like weer naar Israël en laat Utrecht verder achter zich.
In Israël heeft Like een kliniek opgericht voor zwerfhonden uit oorlogsgebieden. De kliniek draagt haar naam. Zij is tot haar dood bezig geweest met het lot van zwerfdieren.
Like Berthe Roos is op 22 maart 2004 overleden en is begraven op de begraafplaats Har Menhot. Ze was nooit getrouwd en had geen kinderen.
Waarom plaats ik een struikelsteentje voor een joods meisje dat de oorlog heeft overleefd?
Het besef dat Like Berthe Roos als 14-jarige heeft moeten horen dat ze een weeskind is, doet veel met me. Het had een grote invloed op haar verdere leven. Ze droeg het gemis en verdriet tot haar dood met haar mee.
Er zijn talloze kinderen die hetzelfde drama hebben meegemaakt. Ik hoop dat dit steentje een voorbeeld mag zijn om ook de weeskinderen te herdenken en hun namen niet te vergeten.
(Met dank aan Jim Terlingen voor zijn hulp bij dit artikel)