Op 19 januari j.l. legde Wolfgang Spier op Nieuws030 uit waarom Utrecht niet geschikt is voor tram of metro. Een van de nadelen van het kiezen voor tram of metro is dat betere alternatieven worden genegeerd. Hier een voorbeeld.

Snelwegbussen snel weg

Het ministerie deed enkele jaren geleden een proef met 'snelwegbussen'. Dat zijn gewone bussen die op een deel van hun route ook over de snelweg rijden. Bij files mogen ze over de vluchtstrook verder rijden. Dat is niet ideaal, maar als de auto’s stil staan en de bus door rijdt, dan zien veel automobilisten wel het nut om over te stappen op die bus. En dat doen ze dan ook.

Wie onderstaand fragment uit een vakblad over deze proef leest, zal dan ook niet op het verkeerde been gezet worden door de titel van dit artikel:   

De ingenieurs die dit rapport overigens schreven, besloten allereerst om de naam 'snelwegbus' niet te gebruiken want volgens eigen zeggen "...hebben we geconstateerd dat de naam 'snelwegbus’ de lading niet dekt, omdat de bus niet continu over de snelweg rijdt en niet als snel wordt ervaren". Daarom gebruiken ze het woord 'snelbussen'. Toch rijden ze sneller dan de sneltram die op de Uithoflijn maximaal 70 km/u zal rijden. Maar dit terzijde. In werkelijkheid deden ze het tijdens die proef dus helemaal niet zo slecht. Voor de liefhebbers is hier de link naar dat rapport.

In dit rapport is te zien dat het gebruik van deze buslijnen met het jaar toenam:

Ook is te zien dat bijvoorbeeld snelwegbuslijn 320 op de A1 in de spits 600 passagiers vervoerde, terwijl er in datzelfde uur 3500 auto’s dezelfde kant op reden.

Je zou er dus van uit kunnen gaan dat er zonder deze snelwegbussen 600 auto’s meer hadden gereden, maar dat is ook weer niet zo. Er zijn immers ook passagiers die al eerder met die bus reden. Of die geen rijbewijs hebben. Ook is het mogelijk dat later een deel van die automobilisten toch weer voor de auto zal kiezen. Daarom hebben de deskundigen ingeschat dat er niet 600 maar 124 auto’s minder zouden rijden. Dit is 3,5% van alle ritten. Daarmee komen ze op dit eindresultaat uit:

Nu is 124 auto’s in plaats van 600 wel weer erg negatief, maar stel dat dit zou kloppen. Hoe lang is een stoet van 124 auto’s? Volgens de regel is de afstand tussen de auto’s bij 120 km/uur: 66 meter. Dus 124 auto’s rijdende auto’s achter elkaar is 66x124= een stoet van 8,2 kilometer lang. Per rijstrook weliswaar, maar toch. En dat was nog maar een proef.

Met die stijgende aantallen passagiers en die afname van het autoverkeer (cijfers waar ze bij de sneltram naar Nieuwegein en de Noord/Zuidlijn alleen van kunnen dromen) zou dat reden genoeg zijn om hier beleid van te maken. Maar de staatssecretaris stopte de proef met het argument “er deden te weinig mensen mee om effect te hebben”. Dus wat doen de passagiers?

Hoe anders wordt lightrail (tram/metro) beoordeeld. Dit is een voorbeeld van indrukwekkende voorspellingen van duurbetaalde ingenieursbureaus in Utrecht:

Op basis daarvan werden vele honderden miljoenen geïnvesteerd in de sneltram naar Nieuwegein en een sneltram door de binnenstad. Maar als dat geld eenmaal is uitgegeven blijkt vele jaren later uit tellingen dat ze die voorspellingen net zo goed hadden kunnen laten maken ….  op de kermis:

Anno 2018 is het niet veel anders:

Het is dus duidelijk dat ambtenaren (die staatssecretarissen, ministers, gedeputeerden en wethouders adviseren) zich rijk rekenen als het gaat om tram en metro en arm rekenen als het gaat om simpele bussen. Die files worden daardoor langer dan ze al zijn.

     

Wolfgang Spier was van 1998 tot 2006 raadslid in de gemeente Utrecht (Leefbaar Utrecht). Zijn streven is om met alternatieve OV-plannen het Utrechtse OV-beleid te veranderen. Hij maakte o.a. het plan voor een kruisingsvrije OV-baan van Utrecht Centraal langs het spoor naar de Uithof. Deze is nu in aanbouw als tramlijn genaamd “Uithoflijn”. Hij ontwierp ook een netwerkmodel met naast Utrecht Centraal ook overstapknooppunten aan de stadsrand (satellietmodel).