Door Louis Engelman - Natuurlijk is er irritatie en ergernis. Maar evengoed is er bij de duizenden Utrechters die dagelijks het gebied van het station moeten doorkruisen bewondering voor de wijze waarop het verkeer – ondanks de vele bouwactiviteiten – doorstroomt.

“Je kunt het nooit iedereen naar de zin maken, maar we proberen wel de optimale oplossingen te vinden”, zegt Simon Roozen van de Project Organisatie Stationsgebied (POS).

Binnen het team van  Roozen, manager realisatie infra en openbare ruimte, zijn vier mensen verantwoordelijk voor een goede afwikkeling van het verkeer tussen Westplein/Croeselaan en Vredenburg/Mariaplaats. Een ingewikkelde klus waaraan al in 2007/2008 is begonnen met de voorbereiding en de eerste uitvoering in 2010 daadwerkelijk is gestart. Want hoe laveer je alle verkeersdeelnemers soepel tussen de bouwputten door?

Daarbij moet niet alleen worden gedacht aan het gewone verkeer, zoals auto’s, fietsers en voetgangers. Ook de vrachtwagens voor de bouw, de kranen en bulldozers moeten ongestoord hun weg weten te vinden. Plus de voertuigen van de noodhulpdiensten.

Verkeersregelaars zorgen voor doorstroming. Foto: Louis Engelman

In de planning moest rekening worden gehouden met voortdurende veranderingen, vanwege de opeenvolgende bouwprojecten, inclusief bekabeling en rioolaansluitingen.

Denk hierbij aan de bouw van TivoliVredenburg, de nieuwe parkeergarage op het terrein van Peek & Cloppenburg, de enorme fietsenstalling aan de binnenstadszijde van het station, de voorlopige eindhalte van de sneltram op het Jaarbeursplein en de tijdelijke en nieuwe bruggen over de Catharijnesingel, waarin straks weer water gaat stromen.

Al deze activiteiten oefenen invloed uit op de leefbaarheid van het gebied en de bereikbaarheid van de stad. Het is aan Roozen en zijn medewerkers ervoor te zorgen dat er zo min mogelijk overlast ontstaat. “Natuurlijk zijn er klachten”, zegt hij. “Vooral van fietsers als die op een onduidelijke situatie botsen. Dan is er bijvoorbeeld een fietspad omgelegd, waardoor ze net de trein missen. Ja, dat geeft irritatie.”

Maar meestal is er volgens hem sprake van een snelle gewenning. “Na een paar dagen zie je de ergernis afnemen en na twee weken weten ze niet meer beter.”

Op het drukste kruispunt, op de hoek van het Smakkelaarsveld en de Catharijnesingel waar fietsers van alle kanten komen, is dat zichtbaar. De verkeersdeelnemers lijken ook wel begrip hebben voor de vele omleidingen. Op een enkele uitzondering na geven ze elkaar tussen de tientallen betonblokken de ruimte om te passeren. Van opstoppingen is nauwelijks sprake.

“Fietsers gedragen zich als water”, glimlacht Roozen. “Ze zoeken de kleinste gaatjes om verder te kunnen. Daarom monitoren we nieuwe wijzigingen nauwkeurig. We hebben daarbij geleerd dat je voor fietsers nooit haakse maar ronde bochten moet maken, want anders stagneert het. Je moet de gang erin houden.”

Maatwerk

In de informatie aan de burgers van Utrecht probeert Roozen ook maatwerk te leveren. Ze worden van nieuwe ingrepen op de hoogte gesteld via brieven, advertenties, de Stationsgebied site CU2030.nl, de gemeentelijke website, twitter, borden, banieren en verkeersregelaars. Roozen: “We kijken telkens naar welke doelgroep we willen bereiken.”

Alle communicatie vooraf en alle borden die geplaatst worden blijken vaak nog onvoldoende te zijn en daarom worden bij grote veranderingen vaak nog verkeersregelaars ingezet om het verkeer tijdens de gewenningsperiode te helpen.

Hij vertelt het leuk en uitdagend te vinden om iedere keer aanvaardbare oplossingen te bedenken. “Door de grote hoeveelheid projecten en de vele gebruikers van het gebied, die alle hun eigen belangen hebben, is dat een complexe opgave. Iedereen heeft er vanuit zijn eigen perspectief een mening over. Dus vereist het veel creativiteit, inventiviteit en technische kennis om de meest optimale oplossing te vinden.”

Doorgaans gaat dat goed, maar soms komt er opeens een kink in de kabel. Zoals bij de aanleg van het riool in de singel nabij de Mariaplaats, waar de werklieden op een Romeins schip stuitten. Roozen: “Het was geen uniek schip, het is opgemeten, gedocumenteerd en daarna onder begeleiding van archeologen verwijderd.”

Gecompliceerder lag dat bij de vondst van restanten van het oude kasteel Vredenburg. Onder archeologische begeleiding werd besloten de voormalige Zuidpoort in stukken terug te plaatsen in de in aanbouw zijnde parkeergarage. De oorspronkelijke toren zal in het water van de singel worden opgenomen.

Een tijdelijke route naar station. Foto: Louis Engelman

Hoewel alle activiteiten in de draaiboeken van het verkeersclubje zijn opgenomen moet de planning toch vaak worden gewijzigd. Bijvoorbeeld omdat een werk uitloopt of later begint dan gedacht. Roozen: “Soms verleggen we een fietspad wel twee keer. Het is continu bijsturen.”

De projecten die in de komende tijd de meeste aandacht vragen zijn de toegang tot de expeditiekelder van TivoliVredenburg, de vernieuwde Vredenburggarage, de bouw van verschillende bruggen over de singel en de route van de stadsbussen. Roozen: “Bus- en fietsverkeer worden ontvlecht. De bus vanuit de stad richting station krijgt een eigen route over het Smakkelaarsveld.”

Roozen vertelt dat er eind volgend jaar weer water kan stromen in de singel tussen Weerdsingel en TivoliVredenburg. Het stuk tussen TivoliVredenburg en Mariaplaats komt medio 2019 aan de beurt. Het laatste deel van Mariaplaats naar het zuiden is nog ongewis wanneer dit uitgevoerd gaat worden. Voor dit laatste deel moet de gemeente nog geld zien te vinden. Het is dus onbekend wanneer de singel weer in z’n geheel zal zijn hersteld.

Ter hoogte van de Mariaplaats zal de nieuw neergelegde brug straks aansluiten op de Rabobrug voor fietsers en voetgangers. Deze verbinding moet over twee jaar klaar zijn.

Aan de westkant van het station vergt het terugbrengen van de tramverbinding naar de oostzijde van het station veel inventiviteit en improvisatie.

Maar daarmee zijn alle projecten nog lang niet gerealiseerd. Het terugbrengen van water in de Leidsche Rijn komt in 2019 aan de orde. Het hele gebied tussen Paardenveld en Moreelsepark is pas in 2020 gereed. En hoe het Smakkelaarsveld gaat worden ingericht, nadat dit jaar het plan voor de bibliotheek werd afgeschoten, is nog geheel onduidelijk. Hetzelfde geldt voor het Westplein. Ook daarover moet de politiek nog definitief beslissen.

Voorlopig blijft het dus nog wel even plannen, improviseren en ordenen voor het team van Roozen. En telkens weer wennen voor de verkeersdeelnemers.