Afgelopen zaterdag draaide in verzorgingstehuis Tuindorp Oost de film Progress vs. Regress van Melanie Bonajo. De documentaire, onderdeel van het Nederlands Film Festival, kijkt naar de ontwikkeling van technologie door de jaren heen door interviews aan te gaan met ouderen die zelf de ontwikkelingen hebben mogen meemaken. Dit zorgt voor grappige, maar ook ontroerende momenten.

Door Loekie Suijkerbuijk - De aanloop van de film was al een feest op zich. De bewoners van het verzorgingstehuis werden op ereplaatsen vooraan in de zaal gezet, zodat ze de film goed konden zien. De rollators werden netjes op een rijtje gezet en de ouderen werden voorzien van een cakeje en een koffie door de jongeren. Jongeren? Ja, Tuindorp Oost heeft niet alleen ouderen in het pand wonen, maar ook een stel jongeren. Zij zijn geplaatst om leegstand te voorkomen en gezelligheid in de brouwerij te brengen. En juist daarom is de locatie van de film zo goed gekozen. De film laat ouderen kennismaken met moderne technologie, en wat nou precies een selfie is. Voor ouderen die tussen de jongeren wonen zijn dit natuurlijk termen die ze moeten kennen.

Toen de film van start ging was het muisstil in de zaal. De film start alleen met allemaal rare technologiegeluidjes waardoor een aantal toeschouwers al driftig naar hun telefoon greep om te kijken of deze wel uit stond. De film speelde met de opkomt van verschillende technologieën, dus dit moest natuurlijk ondersteund worden door de geluiden die daarbij horen. Dit zorgde voor leuke, komische elementen.

Toen in de film aan de ouderen gevraagd werd of ze zich oud voelden, kwam van een mevrouw een toch wel heel mooie reactie: ze was niet oud, ze zat alleen in een oud lichaam. En dit is precies wat de film ook liet zien. De ouderen mochten dat wel niet zo veel van technologie afweten, zodra ze een selfiestick in de handen hadden leken ze zich kostelijk te vermaken. De een zwaaide ermee om alle hoeken van zichzelf te bekijken terwijl de ander even keek of de lippenstift nog goed zat. Wellicht een makkelijk element om de film mee te vullen, maar als het werkt, waarom niet?

De film vestigde ook de aandacht op de kloof tussen jong en oud in de afhankelijkheid van technologie. Een meisje van ruim onder de twintig gaf aan haar telefoon nauwelijks los te laten, terwijl mensen in de vijftig vol verbazing het verhaal aanhoorden en zelf aangaven zo veel mogelijk zonder telefoon te doen. In de zaal leidde dit tot de vraag of we later allemaal door robots verzorgd zouden willen worden, of dat we liever ook menselijk contact zouden willen. De zaal leek het eens: een robot mag ondersteunen in het huishouden zodat de zorg meer aandacht heeft voor de mens. Uit de opmerkingen in de zaal kwam ook de kritiek naar de huidige zorg naar voren. Er is te weinig aandacht voor de mensen omdat de zorgverleners te veel moeten doen in een te korte tijd. Zou een robot dan toch een goede uitkomst kunnen bieden?

Na de film was er tijd voor discussie tussen Arnon Grunberg en een van de jongeren die in Tuindorp Oost woont. Uiterst komisch was dat de technologie ze in de steek liet en er een pauze ingelast moest worden zodat er een nieuwe microfoon aangesloten kon worden. Grunberg en de bewoner kletsten de boel behoorlijk aan elkaar, maar er was weinig ruimte voor input uit de zaal.

Een van de ouderen gebruikte het moment om al haar klachten naar Tuindorp Oost kenbaar te maken. Met de jongeren had ze echter geen problemen. Dat vonden de meeste ouderen toch wel heel erg gezellig. Er werd wat gepraat over de film, maar eigenlijk waren de conclusies in de zaal overeenkomend met die van de film. Neemt niet weg dat de film zeker de moeite waard is voor jong en oud.