Kees van Oosten - Niet iedereen bij de gemeente Utrecht begrijpt het verschil tussen treiteren en handhaven. Dat geldt in de eerste plaats voor onze burgemeester Dijksma die verantwoordelijk is voor Handhaving. Tijdens de zitting van 2 juli jl. verdedigde Juridische Zaken haar besluit dat de broer van een horecaondernemer niet in diens grillroom mag komen, ook niet als klant.

Handhaven is door de wetgever bedoeld als maatregel en niet om iemand een douw te geven, laat staan om iemand te treiteren. Zo'n maatregel is alleen gerechtvaardigd als die helpt tegen verstoring van de openbare orde en helpt ervoor te zorgen dat er geen dingen gebeuren die verboden zijn.

Wat is het geval? Een grillroom op de Amsterdamsestraatweg kreeg begin 2020 een horecavergunning onder de voorwaarde dat de broer van de horecaondernemer zich niet met de zaak zou bemoeien. Maar hij mocht bovendien ook geen stap in de grillroom zetten. Een betredingsverbod dus voor onbepaalde tijd.

Die broer is niet alleen de broer van de horecaondernemer, maar ook de partner van de andere vennoot van de grillroom. Bovendien woont hij boven de grillroom. Die maatregel zou bedoeld zijn ervoor te zorgen dat de broer zich echt niet met de zaak zou bemoeien. 

Een volstrekt zinloze maatregel, want niemand kan de broers immers verbieden bij elkaar op bezoek te komen, niemand kan de broer verbieden met zijn vrouw over haar grillroom te praten en niemand kan ze verbieden met elkaar te appen en te bellen. Als de horecaondernemer dat zou willen kan hij de administratie van de zaak zelfs even naar boven brengen en bij zijn broer stallen.

Wat heeft die broer misdaan dat hij geen stap in de zaak van zijn broer/vrouw mag zetten? Die broer heeft in zijn eigen winkel (niet op de Amsterdamsestraatweg) over het jaar 2016 te weinig omzet aan de belasting opgegeven. Volgens de belastingdienst was dat niet opzettelijk (om belasting te ontduiken), maar was er sprake van verwijtbare slordigheid. 

Waar Dijksma kennelijk bang voor is, is dat die slordigheid soort van besmettelijk is. M.a.w. net als de griep overgedragen wordt van de ene broer op de andere broer en van de broer op diens vrouw. En om dat te voorkomen, mag die broer dus geen stap meer zetten in de grillroom. Nooit meer, want het betredingsverbod is voor onbepaalde tijd.

Een vernederende maatregel die bovendien maakt dat klanten en bekenden zich afvragen of die broer soms een crimineel is. Niemand kan namelijk geloven dat dat betredingsverbod alleen maar opgelegd is vanwege een onopzettelijke te lage omzetaangifte.   

Het argument dat die grillroom sinds die in handen is van de huidige eigenaar (2008) nooit problemen heeft gehad met de belastingdienst maakt op Dijksma geen indruk, want argumenten tellen voor Dijksma überhaupt niet. Ze heeft immers laten weten niet op die argumenten te willen reageren.

Maatregelen mogen in het bestuursrecht alleen genomen worden als ze effectief zijn. Ze mogen dus niet genomen worden om iemand een douw te geven, laat staan om iemand te treiteren. Dat laatste is hier duidelijk het geval, want de maatregel is immers volstrekt zinloos. Je voorkomt er immers niet mee dat de broer met zijn vrouw en zijn broer over de grillroom praten. 

Ik had tijdens de zitting met de juriste van Juridische Zaken te doen, want die moest de vraag van een van de rechters beantwoorden "maar de burgemeester kan die mensen toch ook niet verbieden telefonisch contact te hebben?" Misschien had de juriste gewoon moeten zeggen: vraagt u dat maar aan de burgemeester

Trouwens, waarom verdedigt Dijksma haar onzinnige besluiten niet zelf bij de Raad van State, waarom zadelt ze daar een ondergeschikte juriste mee op? Dat vroeg ik me ook af toen ze niet zelf bij de rechtbank wilde uitleggen waarom de gemeente een dwangsom had laten oplopen tot ruim een miljoen en een wethouder stuurde die nergens van afwist. * Zij is als burgemeester toch verantwoordelijk voor handhaving?

* Zie deze gerechtelijke uitspraak uit 2022