Jeroen Wielaert - Matthews Southern Comfort, Bywater Call, The Seatsniffers, Jon Allen & The Luna Kings, Sunny War, Jim White, Jerry Leger, M. Ward & The Undertakers, Lee Fields. Onbekende naast vertrouwde namen op een nieuwe editie van Ramblin Roots, een middag en avond vol Americana, te genieten op een zwerftocht langs vier zalen in TivoliVredenburg. Club Nine was de nok-oase voor Utrechtse vertolkers van het genre: Le Garage, Jo & the Folk en Morton Railroad.

De wortels gaan diep, met een vertakking over vijf verdiepingen in het Utrechtse muziekpaleis – het hele scala van uit Amerika afkomstige muziekstijlen. Een opwindende mengeling van country, blues, rock, funk, cajun, folk, rockabilly, bluegrass, indiefolk, ska en soul. Het publiek is hoofdzakelijk boven de veertig, oude jongens en meisjes die zijn opgegroeid met Bob Dylan, Joan Baez, Simon & Garfunkel, Neil Young, Townes van Zandt en Steve Earle. Dat is de nostalgische laag van het festival, met alle moderne varianten op het erfgoed vol doorleefde teksten en afwisselend swingende, pompende, dampende, dan weer ingetogen muziek van vooral gitaren, drums en blaasinstrumenten.

Het kon niet beter beginnen dan met Matthews Southern Comfort. De Engelse folkrockband speelde in de grote zaal vijftien iconische liedjes van Woodstock, vulde het verlangen in naar een verloren tijd.

Americana is vooral niet vernieuwend, maar wel springlevend, met oude en jonge vertolkers, die niet allemaal uit Amerika komen. In Utrecht stonden ook rootsers uit Canada, Wales, België en Frankrijk. Veel bezoekers gaan eerst online om hun keuze te maken uit voor hen onbekende namen. Het was mooi om het contrast te zien met de meidenmeute die tegen zeven uur in de rij stond om in de Ronda te gaan joelen voor de 23-jarige Duits-Turkse rapper Mero – echt een confrontatie van generaties en stijlen.

Countryfolk zangeres Iris DeMent, vaste genomineerde voor de Grammy Awards had afgezegd wegens ziekte. Daarom speelden de Seatsniffers eerder in de grote zaal. Het Belgische viertal had een ruime aanhang getrokken tot ver buiten Utrecht. Het werd een energiek optreden met een lenige variatie van rhythm & blues, soul, ska en rockabilly.

Naar boven dan voor Jim White in de Pandora. De 66-jarige King of country noir uit Californië speelde voor een groep ongeveer even oude fans. Met zijn twee begeleiders zat hij op krukken en zong alles over de rafelranden van het leven, onder andere de klassieker Jailbird.

Jim White.

Heel intiem is de muziek van Ordinary Elephant, het echtpaar Peter & Crystal Damore. Gehuld in hun jaren-dertig-kleding speelden ze in de Hertz hun fragiele repertoire met country, folk en bluegrass. Werk in de geest van Gillian Welch en Dave Rawlings met ook een zweem van Joan Baez.

Ordinary Elephant.

Voort naar Club Nine voor Morton Railroad, een van de Utrechtse groepen, geprogrammeerd door dB, de club van Paul de Brabander (de grote man achter de Utrechtse muziekbroeiplaats die moest verhuizen van de Cartesiusweg naar het Werkspoorkwartier). De country-rockband was de derde Utrechtse groep na Le Garage die de kleine zaal lieten uitpuilen met vette gitaren en stampende drums en Jo & the Folk, met hun jankende slide gitaren en lekker rammelende country licks.

Het gedeelte in de grote zaal kreeg een feestelijke afsluiting met Lee Fields, als soul-routinier een echte publiekslieveling. Hij bewoog energiek in zijn glitterpak als zijn vroegere mate in de stiel, James Brown, kletste enthousiast en zong met veel zweet – hier werd aan soul gewerkt. Met Love you forever kreeg hij de zaal luidkeels mee.

Lee Fields.

Een heel andere sfeer was er bij Jerry Leger, de laatste man in Cloud Nine. Met de snor van Johan Derksen en nasale stem liet de Canadees horen sterk beïnvloed te zijn door Neil Young, Bob Dylan en Nick Lowe. Hij verkocht na afloop zelf zijn CD's, zoals Early Riser

In Utrecht was al die Americana een heerlijke afleiding in onheilstijden.