Raymond Taams - Ik hoop dat ik geen hemellichaam word. Begin vorige maand ging mijn moeder dood, nee dit is geen literatuur, dit is echt, mijn moeder ging echt dood, op 2 december stonden we naast haar bed. De stekker was eruit gegaan en wij stonden daar, mijn broer, mijn opa en ik, als drie onbeholpen jongetjes naast een ziekenhuisbed, te kijken naar een enorme hoeveelheid apparaten met cijfers en grafiekjes. Na een tijdje kwam de verpleger binnen. “Jullie hebben het misschien niet gemerkt maar ze heeft op dit moment geen hartslag meer, ze is overleden”, zei de verpleger.

Ik had me schrap gezet voor het aanschouwen van een doodsstrijd, met zuigende laatste ademteugen en gekraak dat door merg en been ging. Maar niks van dat alles, dit was het dan, doodgaan. ‘Zo kan het ook’, leek ma te willen zeggen. ‘Lekker doodgaan jongen, helemaal niet moeilijk’, ze rookte er nog net niet rustig een sigaretje bij. Dat zou ook niet verstandig zijn geweest, want ze was aan het sterven aan een longembolie. Dan zouden er teveel dingen door elkaar gaan lopen. Maar ik zal het onthouden ma, overlijden hoeft helemaal niet moeilijk te zijn, alleen wacht ik liever nog wat jaar.

Wel zie ik er nog een beetje tegenop om een hemellichaam te worden. Ik geloof niet dat ma nu ergens rondzweeft als hemellichaam. Volgens mij is er niks na de dood. En het is niet te hopen ook, want dan moet ik me in zo’n Hiernamaals weer leren aanpassen aan alle zeden en gewoonten daar. Integreren op de Eeuwige Jachtvelden. Een inburgeringscursus waar je wordt geleerd geen oogcontact te maken met hangjongeren nadat je het hoekje om bent gegaan. Nee, het leven gedijt alleen bij een duidelijke spanningsboog.

Persoonlijk hoop ik daarom op het diepe, diepe zwart na een leven vol uitzinnige kleuren. Weg met het grijze midden, op naar het ijskoude zwart, al voortdenderend over een bontgekleurde hogesnelheidslijn. We zijn onderweg, allemaal. Dan kun je maar het beste het gaspedaal zo hard mogelijk intrappen. In de geruststellende wetenschap dat de dood wel het laatste is dat ons zal overkomen.

Voorgedragen tijdens de Vorlesebühne van 24 december 2016 die als thema ‘Mijn korte ontmoeting met een hemellichaam’ had. De volgende Vorlesebuhne is op 14 januari in zaagmolen De Ster.