Nestorix - De 'ruimtelijke keten' wordt gereoganiseerd. U denkt wellicht: “Wat is een ruimtelijke keten nou weer?”. Een stelletje sterren in het heelal die aan elkaar vastzitten?Of misschien hele grote bouwketen op een kale vlakte in Leidsche Rijn?

Helaas, allemaal niet goed. In de ambtelijke taal van onze bestuurders is de ruimtelijke keten een verzamelnaam voor alle afdelingen die iets met bouwplannen, verkeersplannen, de aanleg van straten en pleinen, en milieuplannen te maken hebben.

Ik heb al eens eerder in deze column gesproken over de reorganisatie bij de gemeente Utrecht. Onder de werktitel “via B”, een parafrase op het “Van A naar Beter” van Rijkswaterstaat, is sinds 2010 de ambtelijke organisatie op de schop gegaan.

Inmiddels heeft dat al geleid tot aanmerkelijk minder ambtenaren en op veel plekken tot een andere manier van werken. Dat proces is nog steeds bezig. De vastgoedcrisis en vooral het, wat traag doorsijpelende, besef dat de tijden van voor die crisis niet terug zullen keren, noopt nu tot verdere stappen.

In een startnotitie, want daar begint zo’n proces altijd mee, staat in fantastische, en voor een gewone burger nauwelijks te volgen, volzinnen beschreven wat er allemaal zou moeten gebeuren. Integratie van de verschillende beleidsterreinen, die met bouw- en verkeersprojecten van doen hebben, vormen het toverwoord.

Op zich natuurlijk niet onlogisch. Je mag hopen dat, voor dat er een besluit genomen wordt  over een nieuwbouwproject, alle belangrijke aspecten in de vorm van voors en tegens, zorgvuldig zijn afgewogen. Dat gebeurde tot nu toe ook al. Alhoewel veel Utrechters, regelmatig terecht, de nodige kanttekeningen maakten bij die zorgvuldige afweging. Wat dat laatste betreft zal er met de nieuwe organisatievorm weinig veranderen.

Wat winst van die integratie zou kunnen zijn, is dat we als burgers niet steeds aan de bak moeten om aan te tonen dat, bijvoorbeeld, verkeerscijfers bij verschillende bouwplannen rond dezelfde wegen telkens weer andere uitkomsten opleveren voor het aantal te verwachten autobewegingen op die wegen.

Laatst mocht ik daar weer een voorbeeld van zien bij de vergelijking van de bouwplannen voor het Prorailterrein aan de tweede Daalsedijk en de gevolgen van de verkeersknijp bij de Monicabrug. Iedereen maakt zijn eigen beeld voor de gevolgen op de Amsterdamsestraatweg, uitgaande van andere basisgetallen en zonder rekening te houden met elkaar. Op die manier valt het natuurlijk altijd mee met de drukte.

Of dit probleem met het verdwijnen van de afzonderlijke koninkrijkjes binnen de organisatie ook verdwijnt, moeten we afwachten. De afdeling mobiliteit en milieu en de projectorganisaties voor Leidsche Rijn en het Stationsgebied leggen in ieder geval het loodje. Hun werk wordt samen met dat van de afdeling Ruimtelijke Ordening opgenomen in twee nieuwe onderdelen. De een zal zich bezighouden met beleid en de ander met de uitvoering.

Na heel veel woorden luidt de conclusie dat op deze manier de organisatie van de ruimtelijke keten klaar wordt gestoomd voor de toekomst en... dat er in ieder geval 90 fulltimeposten geschrapt worden. Opvallend is daarbij wel dat de huidige directeuren er aardige plekjes voor zichzelf in hebben geschreven. Maar ja u weet hoe dat gaat. Of je het nou over de ruimtelijke keten of over klaverjassen hebt. Wie schrijft, die blijft.