Door Dries van Dijk - Het opstappen van wijkraadvoorzitters in Leidsche Rijn en Vleuten-De Meern mag worden gezien als het topje van de ijsberg in de ijzigheid, die heerst tussen gemeentebestuur/ambtenaren en mondige burgers aan deze kant van het Amsterdam-Rijnkanaal.

Gerda Oskam in 2005, Andre Verschoor in 2013 en Xander Coolen in 2015 zijn hierin blinkende ijspegels, die kopje onder zijn gegaan.

De burgerparticipatie in gemeente Vleuten-De Meern werd in de tachtiger jaren zeer idealistisch en weinig praktisch flink opgeschud door de burgervereniging Burger en Gemeenschap. Zij organiseerde directe burgerinspraak over gemeentekwesties. Ook de invloed van bijvoorbeeld het katholieke bolwerk woningbouwvereniging St Joseph in het kleine Vleuten-De Meern was groot: de bouw van plan Alenvelt.

Niet op de kaart

De bedreigde zelfstandigheid als gemeente maakte Burger en Gemeenschap zelfs tot de grootste in de gemeenteraad, maar CDA, VVD en het kleintje PvdA bleven de dienst uitmaken. De verloren zelfstandigheid bracht vervolgens Leefbaar Utrecht veel steun uit deze regio, uitgedrukt in veel raads- en wethouderszetels in het Utrechts stadhuis. Maar de vergrote gemeentelijke ambtenarij bleek zelfs niet in staat om het dorp Haarzuilens correct op de kaartjes in de gemeentelijke informatiegids af te drukken.

De lokale partijen hadden invloed op de organisatie van wijkraden en raadsinformatieavonden, maar de ergernis over de bestuurlijke en ambtelijke vrieskracht bleef, de ijsberg bleef koud, groot en traag, vooral heel traag. In Vleuten-De Meern werd de ergernis over met name de verkeersveiligheid Andre Verschoor en de Wijkraad te machtig.

In Leidsche Rijn werd de inspraak bevroren in kwesties als Muziekplein Terwijde, wijkcoöperatie Terwijde en Leidsche Rijn Centrum. Bestuur en ambtenarij worstelen overduidelijk met verticaal besturen en horizontaal participeren in een wijk met een enthousiaste, betrokken burgers, die buitengewoon bewust meedenken en hard meewerken aan de vormgeving en de toekomst van de eigen leefomgeving.

De bereidheid tot samenwerking met bestuur en uitvoerders is groot, de contacten met een relatief onmachtig wijkbureau zijn goed te noemen. Maar de frustratie over de vastgevroren wijkraadadviezen, gladde uitgesleten inspraakwegen en doodlopende informatieavonden werd dit keer zelfs een volhouder als een uiterst slim, diplomatisch en zelfopofferend mens als Xander Coolen teveel. De dienststructuur van de gemeente zit even vastgevroren als een autoslot na 15 graden vorst.

Ontdooien

Ontdooien lijkt een utopie, behalve wanneer de wijkraden veel meer dan nu grotere getallen aan burgers weten te betrekken bij het lokale bestuur. Evenmin als de gemeente lukt dat de wijkraden tot nu toe niet voldoende. Daarvoor is een veel groter budget nodig, om de kennis bij de wijkraden uit te drukken in een grotere wervingskracht onder de wijkinwoners.

Maar ook met de huidige stand van adviezen van de wijkraden kan en wil de gemeentelijke organisatie te weinig doen. Ook dat vereist een grotere tijds- en geldinspanning van de wijkbureaus, wijkregisseurs, wijkwethouders. Het vereist ook een enorme cultuur’dooi’  bij de ambtelijke diensten, met name in de diensten, die zich bezig houden met het beheer van de wijkgebouwen en de samenwerking in de uitvoering van projecten als Muziekplein Leidsche Rijn en de wijkcoöperatie in cluster Waterwin in Terwijde.

Het is overbodig om te wijzen op de starheid van de gemeente in de ontwikkeling van het Leidsche Rijn Centrum. De gemeente als ‘grondondernemer’ zit financieel vastgevroren in de bouwgrond rond een volkomen misplaatste en kapitaalvernietigende A2-tunnel, omringd door de krimpende bouwplannen en een megalomane bioscoop in aanbouw.

Hoe gaan de bewoners en de gemeenteraad de gemeente ontdooien? De reactie van de gemeente op het vertrek van Xander Coolen is, volgens weersverwachting, diplomatiek ijzig: “Xander vindt dat de adviezen minder vaak overgenomen worden. Het is zo dat adviezen soms wel, soms niet, en soms deels overgenomen worden. Het college maakt steeds een totaalafweging van de verschillende belangen in de stad. Communicatie is van groot belang en daarom blijven we goed in gesprek.”

De gemeente betreurt vanzelfsprekend het vertrek van Xander en wijst op de gesprekken die met de wijkraden over hun rol worden gevoerd. Ex-wijkraadvoorzitter en gemeenteraadslid Gerda Oskam vindt dat het college aan zet is om te voorkomen, dat er nog meer wijkraadvoorzitters vertrekken. Ze roept de gemeente op (zie haar bijdrage in Nieuws030) om de wijkinspraak i.s.m. de ambtenaren van een flink budget te voorzien en veel meer ruimte te geven.

De hoop op een temperatuurstijging in Leidsche Rijn en Vleuten-De Meern mag worden gebaseerd op de wil van bewoners om het werk van Xander met vernieuwde kracht voort te zetten.