Louis Engelman - Binnen de Utrechtse pers wordt verdeeld gereageerd op het idee van GroenLinks-raadslid Melody Deldjou Fard om in een nieuw te ontwikkelen mediabeleid extra aandacht te besteden aan lokale onderzoeksjournalistiek en talentontwikkeling.

Chef-redactie van het AD/Utrechts Nieuwsblad Ariën Prins is – op persoonlijke titel – afwijzend. Michael Kroonbergs van de internetkrant De Nuk ziet wel heil in het plan, terwijl de collega’s van DUIC, Robert Oosterbroek en Jesse Holweg zo’n initiatief ‘niet per se verstandig’ achten. Hoofdredacteur Dick Franssen van de Binnenstadskrant denkt wel ‘gebaat te zijn bij een apart fonds’.

In schriftelijke vragen aan het Utrechtse college stelde het raadslid dat haar partij het ‘belangrijk vindt dat er in Utrecht ruimte is voor onafhankelijk onderzoek, vernieuwing, discussie en debat op lokaal niveau’. Door de grote beleidsverschuivingen van het rijk naar de gemeenten meent zij dat de lokale journalistiek op dit punt versterkt zou moeten worden.

Uit landelijke rapporten was haar namelijk gebleken dat de onderzoeksjournalistiek onder druk staat. ‘Er wordt een verarming geconstateerd, waarbij zzp-ers die producties maken ver onder het minimumloon verdienen. De beschikbare tijd en de financiering zijn de grootste knelpunten die door de geënqueteerde onderzoeksjournalisten worden ervaren’, aldus Deldjou Fard. Bovendien laten volgens haar de rapporten zien dat op lokaal niveau onderzoeksjournalistiek nagenoeg afwezig is.

Zij roept het college op daaraan iets te doen. In haar visie zou dit moeten gebeuren binnen ‘een goed uitgewerkt mediabeleid met voldoende aandacht voor lokale talentontwikkeling en onderzoeksjournalistiek’. In vragen aan wethouder Anke Klein (D66) wil ze weten of het college haar opvatting deelt dat goed functionerende media van groot belang zijn voor een open democratische samenleving. En of de wethouder bereid is het huidige mediabeleid verder te ontwikkelen.

In dat kader wil GroenLinks aansturen op een pilot voor onderzoeksjournalistiek en journalistieke talentontwikkeling, onder meer door het instellen van een financieel ondersteunend fonds. Dit zou in overleg met de Utrechtse media en onderwijsorganisaties (School voor Journalistiek en HKU) gerealiseerd moeten worden.

Melody Deldjou Fard had, zegt ze, geen directe aanleiding voor ogen toen ze met dit voorstel kwam. ‘Het onderwerp zit in mijn portefeuille en ik wilde het al langere tijd agenderen.’ Wel vindt ze dat er in de stad ‘meer dialoog’ moet komen. ‘En de rol van de journalistiek is daarin belangrijk.’ Bovendien vroeg ze zich af of het mediabeleid van Utrecht wel voldoende is.

Van de lokale media zou ze willen horen waar de knelpunten zitten. En van de wethouder hoopt ze te vernemen welke financiële mogelijkheden er zijn om onderzoeksjournalistiek te ondersteunen. Een onafhankelijk mediafonds, zoals in Leiden al bestaat, lijkt haar een goed initiatief. ‘Inderdaad met de garantie dat de gemeente zich niet met de inhoud bemoeit. Die mag niet de kaders gaan aangeven.’

Dick Franssen, hoofdredacteur van de Utrechtse Binnenstadskrant, denkt wel gebaat te zijn met een dergelijk fonds. ‘Uit de huidige middelen kunnen we te nauwer nood krant, facebook en onze site betalen. Wij zouden graag extra geld willen hebben om bijvoorbeeld onderzoek te doen naar de eigendomsverhoudingen van onroerend goed in de binnenstad.’

Ook Michael Kroonbergs, oprichter van de internetkrant De Nuk, noemt het ‘winst’ als er wordt aangestuurd op een serieus mediabeleid in Utrecht. Hij roept in herinnering dat GroenLinks-raadslid Steven de Vries al eerder een proefballonnetje in die richting had opgelaten, maar dat dit niet verder was gekomen dan een discussie-avond in café Willem Slok.

Volgens Kroonbergs is het een misverstand te denken dat er op onderzoeksgebied helemaal niks gebeurt in de stad. ‘Het AD/UN heeft een paar journalisten in dienst die zich recent hebben onderscheiden met uitstekende reportages. Maar ook daar zullen de budgetten niet toereikend genoeg zijn om mensen permanent vrij te maken. Want je moet het je kunnen permitteren om een journalist twee maanden te laten werken met het risico dat het niets oplevert. Die luxe heeft geen enkele journalistieke organisatie in Utrecht.’

Chef-redacteur Ariën Prins van het AD/UN zegt, in een reactie op persoonlijke titel, de focus op onderzoeksjournalistiek ‘eenzijdig’ te vinden. Iedere vorm van journalistiek heeft volgens hem een kern van onderzoek. ‘Ook bij kleine onderwerpen zoals de vraag of een vergunning al dan niet terecht is verstrekt, of waarom een verdachte vrij rondloopt.’

Belangrijker vindt hij het dat de overheid voorwaarden creëert waaronder de media optimaal kunnen functioneren, op een gelijk speelveld. ‘Directe bemoeienis in de vorm van geoormerkte overheidsfondsen lijkt me daarvoor minder geschikt. Media moeten onder alle omstandigheden eigen afwegingen kunnen maken.’

Ongeveer in dezelfde lijn beantwoorden Jesse Holweg en Robert Oosterbroek van de website DUIC de vraag of onderzoeksjournalistiek lokaal moet worden gestimuleerd. ‘In Nederland kennen we natuurlijk al de publieke omroepen die een subsidierelatie hebben met de overheid”, stellen zij. ‘Volgens ons is het niet per se verstandig als de gemeente Utrecht ook andere media direct en structureel gaat subsidiëren. Dat kan juist verstoorde verhoudingen opleveren en innovatie in de weg staan.’

Wel vinden de DUIC-redacteuren de optie van een Leids model aanvaardbaar. ‘Deze aparte stichting, gefinancierd door de gemeente Leiden, geeft subsidies aan journalisten met een kwalitatief idee. Hierdoor is er financiële speelruimte voor onderzoeksjournalistiek en innovatie.’

De gedachten van Melody Deldjou Fard gaan ook in die richting. Zij vindt het Leids model ‘een mooi voorbeeld’ dat zou kunnen passen in het Utrechtse mediabeleid. Liever gaat ze niet in op de vlog van Henk Westbroek, die op de site van De Nuk een ‘nukkig’ commentaar gaf op haar voorstel.
Hij noemde het idee van GroenLinks ‘geestig’ omdat een paar onderzoeks-journalistieke onderwerpen, zoals de reportages in het AD/UN over de Uithoflijn en de grondspeculatie in de Merwedekanaalzone bij Utrecht030.nl, ‘weinig gehoor kregen in de raad’. Westbroek: ‘Dan zeggen ze: jij onderzoekt het en ik veeg er mijn achterwerk mee af.’

Melody Deldejou Fard acht dat een te negatieve benadering. Zij hoopt juist door een aangescherpt mediabeleid meer debat in de stad te brengen, inclusief de gemeenteraad.