Een kleine nijvere en ijdele man, dokter Bram Querido (1911-1999). Zijn zoon Rudi Querido (65), zelf ook arts, vertelt graag over zijn legendarische vader, die vooral bekendheid kreeg als sportarts van DOS en de FC Utrecht.

Interview door Jan Jansen

De wieg van Bram Querido stond voor de Eerste Wereldoorlog in Wijk C, in de Bergstraat 6. Wijk C was toen een echte volkswijk. Alle geloven waren er, katholiek, protestant, jood, ieder was gelijk en moest sappelen voor het dagelijks bestaan. Straathandel was zeker in die tijd een onzekere bron van bestaan. Mensen hielpen elkaar als de nood aan de man was, als de handel even niet liep en kinderen van de veelal grote gezinnen geen eten hadden. Er was veel onderlinge saamhorigheid en een bloeiend verenigingsleven.

Rudi Querido: “Mijn grootouders en veel ooms en tantes heb ik nooit gekend. Het was een joodse familie die in de oorlog vrijwel allemaal omgebracht zijn in het concentratiekamp Sobibor. Mijn grootvader was marktkoopman in garen en band. Hij stond op de lapjesmarkt in de Breedstraat. Het was een man die zichzelf wilde ontwikkelen en daarvoor Engelse les nam. Hij was ook voorzitter van de marktkoopliedenbond."

"Zijn zoon Bram, mijn vader, is door hem gestimuleerd om geneeskunde te gaan studeren. Mijn vader was erg trots op zijn afkomst. Hij kreeg een grote dokterspraktijk in het gebied rond de Amsterdamsestraatweg met bekende buurten als Wijk C, Ondiep, Houtplein, De Hooipoort. Hij was blij dat hij de taal van de mensen sprak. Ons woonhuis met de praktijk was Weerdsingel 35. Als kind herinner ik me de lange rijen patiënten die op maandagochtend voor de deur stonden te wachten tijdens het spreekuur. ’s Middags ging hij visiterijden op zijn solex. Het was met 1,54 meter een heel kleine man. Als hij bij een bevalling was werd er door buren onderling gezegd: het kleintje is er al.”

Rudi Querido. Foto: Jan Jansen

Een kenmerkende eigenschap van dokter Bram Querido was zijn grote werklust en zijn enorme ijdelheid. Aan het eind van de oorlog werd die ijdelheid hem dat bijna noodlottig. “Mijn vader was 29 toen de oorlog uitbrak. Hij kon op tijd onderduiken en via meerdere onderduikadressen aan deportatie ontkomen. Maar bij de adressen waar hij ondergedoken zat had hij, naar zijn zin, te weinig mogelijkheden om zich goed te kleden en te wassen. Een ware beproeving. Tegen alle indringende waarschuwingen in ging hij over straat naar het badhuis in de Kanaalstraat. Op weg ernaar toe werd hij door de Duitsers opgepakt en via de strafgevangenis in Scheveningen (Oranjehotel) naar kamp Westerbork gebracht. In het Oranjehotel werd hij gesnapt omdat hij een verboden spiegeltje in bezit had. Dat kwam hem op een paar weken eenzame opsluiting te staan. De behoefte aan zo’n spiegeltje is echt een teken van zijn ijdelheid. Uiteindelijk is hij net niet gedeporteerd en uit kamp Westerbork bevrijd.”

De ellende en narigheden van de oorlog kwamen in het gezin Querido weinig ter sprake. Het gezin bestond uit drie zoons en een dochter, allemaal na de oorlog geboren. “Meestal werd er in de vorm van anekdotes over de oorlog gesproken. Wij, als kinderen, kenden onze omgekomen familie alleen van foto’s en konden ons er weinig bij voorstellen. Verdriet van vader en moeder werd niet verzwegen maar de vrolijke toon was overheersend. Over het grote geluk, bij een in de bajes uitgereikte werkoverall, een pakje shag te vinden bijvoorbeeld. Een celgenoot moest met een krant de rook het raam uitwapperen zodat het niet opgemerkt kon worden.”

Echt grote bekendheid kreeg Bram Querido in de jaren zestig als sportarts bij DOS en later bij de FC Utrecht. “Hij was gek op sport. Door de week was hij compleet bezet met zijn drukke artsenpraktijk en de administratie. In 1956 kregen we als eerste van de Weerdsingel een auto. Mijn moeder had eerder een rijbewijs dan mijn vader en moest hem bij thuisbezoeken aan patiënten langsbrengen. Er waren nog zo weinig auto’s in de buurten waar hij op huisbezoek kwam dat kinderen vroegen om een eindje tot het eind van de straat mee te mogen rijden."

"In het weekend was het altijd voetbal. Hij zat als sportarts bij uit- en thuiswedstrijden in de dug-out langs het veld en genoot volop van de voetbalwereld. Door zijn vriend, de bekende bokser en boksscheidsrechter Ben Bril, werd hij ook gevraagd als ringarts bij bokswedstrijden. Hij had een echte vertrouwensband met spelers. Willem van Hanegem heeft ooit in een interview aangegeven dat Bram Querido als enige wist dat Willem heel slechte ogen had en veel op gevoel moest doen. Zijn slechte zicht heeft zijn voetbalcarrière trouwens niet geschaad.”

Net als zijn broers moest Rudi Querido ook dokter worden. “Zelf wilde ik graag dierenarts worden en had me daarvoor op de universiteit ingeschreven. Groot was mijn verbazing dat ik bij geneeskunde was ingeschreven en niet bij diergeneeskunde. Mijn vader had dat zonder mij daarin te betrekken zelf gedaan. Het was een man die, in die zin, geen tegenspraak duldde. Omdat er, na mijn afstuderen, een verbod was voor een vrije vestiging als huisarts ben ik keuringsarts bij Defensie aan de Croeselaan geworden en later bedrijfsarts in Amsterdam. Mijn vader heeft zijn dokterspraktijk nog lang uitgeoefend. Hij bleef energiek en actief. In een mum van tijd sprintte hij op hoge leeftijd een trap op. Hij was weliswaar een dokter van de oude stempel maar bleef geïnteresseerd in medische ontwikkelingen. Het waren boeiende discussies bij ons thuis over de medische wetenschap met hem en mijn broers. Maar eigenlijk had hij het veel liever over voetbal en de FC Utrecht.”

Bram Querido is in 1999 op 88-jarige leeftijd overleden. Hij bleef tot zijn einde in de publiciteit als sportarts van de FC Utrecht. Mede door zijn karakteristieke nijvere gedrag en zijn kleine gestalte herinneren velen hem zich als legendarische sportarts. Een kleine joodse man die de verschrikkelijke oorlogstijd heeft overleefd en waarvan de meesten van zijn familie zijn omgebracht. Door veel wilskracht, wijsheid en optimisme heeft hij in Utrecht een onvergetelijke indruk nagelaten.

(Dit artikel is eerder gepubliceerd in De Oud-Utrechter en is met toestemming van de auteur overgenomen.)