Door Hans van Echtelt, die FC Utrecht niet meer vanuit Vak P, maar thuis op de bank volgt.  

Onlangs noemde iemand met wie ik geregeld op Vak P vertoef, de huidige sportieve gang van zaken bij FC Utrecht, een typisch geval van ‘de Wet van Murphy’. Ga maar na, het begon allemaal met het annuleren van de bekerfinale tegen Feyenoord terwijl elders in Europa dat evenement overal geprogrammeerd werd.

Geen bekerfinale dus, en ook dit seizoen zit het er niet meer in. De wedstrijd onlangs tegen Ajax leek tot lange tijds de goede kant op te gaan, maar twee van richting veranderde afstandsschoten belandden pardoes in het Utrechtse doel. En ook een penalty die in blessuretijd binnen handbereik leek te komen, werd door de arbitrage niet gehonoreerd. Typisch Murphy dus.

Afgelopen zaterdag was ‘Murphy’ weer ter plekke toen Fortuna een hoekschop kreeg. De bal kwam op het hoofd van een Limburgse speler en vloog daarna via de rug van een FC-speler in het doel. Ik moest meteen weer denken aan de woorden van mijn maatje op Vak P, daar had je weer zo’n voorbeeld. 

Dat is ook de reden dat ik met angst en vreze uitkijk naar de volgende wedstrijd. Dan moet FC Utrecht op bezoek bij nummer laatst Emmen dat dit seizoen nog geen enkele wedstrijd won. De ploeg speelde vijf keer gelijk en verloor acht keer. Dan komt de formatie van Rene Hake op bezoek die onder leiding van de interim-coach in zeven achtereenvolgend duels nog geen zege kon bijschrijven. 

Omdat in dit jubileumjaar alles de verkeerde kant op lijkt te vallen, zouden wij van Vak P niet raar staan te kijken als de Wet van Murphy ook in Emmen om de hoek komt kijken. Dus dat de thuisclub de eerste zege van het seizoen kan gaan boeken, bijvoorbeeld via een schlemielige winnende goal. Bovendien heeft FC Utrecht een reputatie uit het verleden op te houden, wanneer tegen ploegen-in-nood gespeeld wordt. Dan wil de ploeg nog weleens als sociale opponent bij uitstek fungeren. We houden ons hart vast.