Jim Terlingen - Ik zou willen dat ik het vermogen had om met woorden gevoelens uit te drukken zoals een dichter. Misschien zou ik dan kunnen schrijven wat ik voel als ik aan Anne Faber denk, de jonge vrouw uit Utrecht van wie het lichaam afgelopen donderdag nabij Zeewolde is gevonden. Wat ik vooral doe is vloeken, zwijgen, hoofdschudden en nadenken.

Dat nadenken is een soort bescherming. Door 'in mijn hoofd' te zitten, ga ik weg bij het nare dat ik voel. Velen zullen deze tactiek herkennen, denk ik. Maar er is ook veel om over na te denken.

A. F. Th. van der Heijden maakte in zijn boek Tonio een reconstructie van de fietstocht van zijn zoon met de stille hoop dat hij daarmee alsnog zijn lot (een dodelijk ongeluk) kon veranderen. Ik moet daaraan denken omdat ik me de vrijdagavond van Annes fietstocht nog goed kan herinneren.

Iets voor zevenen sta ik met een tennismaatje op het tennispark van Iduna op Voorveldse Polder. De vrijdagavondcompetitie blijkt net afgelast vanwege een enorme regenbui. Die stortbui, ja. Ik maak op het tennispark twee foto's. Om 18.59 en 19.58 uur zie ik nu. Te bedenken dat Anne waarschijnlijk toen met haar moordenaar was, doet me wanhopig verlangen naar een tijdmachine.

Vanwaar mijn grote betrokkenheid met iemand die ik niet ken? De vermissing van journaliste Kim Wall na haar onderzeeboot-tocht raakte me ook al flink. Heel Nederland lijkt deze betrokkenheid te hebben. Ik denk dat het te maken heeft met een gevoel van onveiligheid dat over me/ons is gekomen door alle aanslagen in Europa van de laatste tijd. Dat onze zenuwen gespannen staan omdat 'onschuldigen' ineens vermoord kunnen worden.

Of het is die ontzettend fijne foto van Anne en haar vriend die een dag na haar verdwijning op Facebook 'viral' ging. Ze kijken daar allebei zo lief, zacht en gelukkig.

[Vloek]


Reageren? terlingenschrijft@kpnmail.nl
Zie ook: www.jimterlingen.nl