Omdat verslaggever Raymond Taams dichterlijke ambities heeft, besloot hij van de Nacht van de Poëzie een echte werkdag te maken. Van uur tot uur zou hij noteren wat hem opviel tijdens de optredens van de dichters, in de hoop zo enkele geheimen van het poëten-vak te ontsluieren. Ondanks dat hij slechts vier van de zeven uren volmaakte, leverde het een aardig verslag op. 

'You only see what your eyes want to see', schalt Madonna's jaren 90-hit Frozen door de Grote Zaal van TivoliVredenburg. Op het podium zaagt illusionist Hans Klok een vrouw doormidden. "Magie is ook poëzie", houdt Klok het publiek voor. De illusionist verzorgt het pauzenummer, er wordt even stoom afgeblazen tussen de serieuze teksten. Poëzie is twijfelen aan je eigen waarnemingsvermogen, tik ik geestdriftig op mijn telefoon.

Mijn avond is gevuld met zulke leermomenten, het voelt als de meest inspirerende Nacht die ik tot nu toe bezocht. Helemaal aan het begin draagt Marcel Möring een gedicht voor over imperfectie. “Laat in één kamer altijd het licht branden”, adviseert hij. Poëzie is verzet tegen je eigen zuinigheid, noteer ik denkend aan mijn energierekening. Kort daarop bezingt Joke van Leeuwen de clitoris van dolfijnen. Poëzie is je verdiepen in het onbekende.

Verrast ben ik door het optreden van Marjoleine de Vos. Deze deftig ogende mevrouw - ‘Ze zou de zus van Astrid Joosten kunnen zijn’, denk ik terwijl ze het podium opwandelt - bezit een droog, zwartgallig gevoel voor humor. “Laatst zei iemand dat hij nooit naar huis zou hebben gebeld als hij in de brandende torens van het World Trade Center had gezeten op 11 september, ‘Je hebt op zo’n moment toch niks te melden’, verklaarde die man”, leidt De Vos met een anekdote een gedicht in.

Dat poëzie een vette lach kan zijn, bewijst tekstdichter Ivo de Wijs met een uitgebreid vers over de ongelukkige jeugd die hij tot zijn spijt niet had. Gebulder rolt tussen de regels door van de tribunes. Veel dichters voldoen echter aan het beeld van de introverte eenling. Charlotte van den Broeck, Mustafa Stitou en Marieke Lucas Rijneveld houden het ingetogen, begrijpelijk gezien de serieuze thematiek die ze verwoorden.

Tegen middernacht draagt schrijver Rob van Essen, hij debuteerde onlangs op 59-jarige leeftijd als dichter, voor uit zijn bundel ‘Alleen de warme dagen waren echt’. Volgens het titelgedicht maak je slechts op zomerdagen werkelijke herinneringen. Het zet me aan het denken over tijd en tijdsbeleving. Wanneer ik tot het einde blijf, zoals ik me voornam, moet mijn vermoeide hoofd nog drie uur armpje drukken met de klok.

Licht teleurgesteld in mezelf wandel ik naar huis, het was een avond die vooral vragen opriep. Ik stond op tien meter afstand van een podium waarop iemand schijnbaar uit het niets de ene na de andere assistente tevoorschijn toverde.