Raymond Taams - Omdat ik beter wilde worden in debatteren, zocht ik in de applicatiewinkel op mijn telefoon naar een debat-app. Er bestonden ook programmaatjes voor vreemde talen, dus waarom dan geen computerstem die mij stellingen voorlegde en vervolgens tegenargumenten opwierp? Ik verheugde me al op onze eerste discussie over de Oekraïens-Russische oorlog.

“We moeten de oorlog winnen, Poetin dient gestopt te worden”, zou het mechanisch klinken uit mijn telefoon. “Dat kan net zo goed door de No first use-policy van de NAVO af te schaffen”, antwoordde ik scherp. “Je zegt dan tegen de Russen dat ze onmiddellijk een kernwapen op hun hoofd krijgen wanneer één soldaat één teen op westers territorium plaatst.”

“Klinkt stoer, maar wat doe je als een dronken dienstplichtige met getrokken wapen wildplast tegen een boom die toevallig op Pools grondgebied staat?”, was de debat-app mij te slim af, en zo ging het maar door. Uiteindelijk ontdekte ik dat een dergelijke applicatie niet bestaat, voor zoiets complex staat artificiële intelligentie te zeer in de kinderschoenen. 

“Je kunt discussiëren met mensen die op je columns reageren”, opperde een vriend. Vanwege de niet zelden passief-agressieve grondtoon van zulke commentaren voelde ik daar weinig voor. “Als een krant ‘Raymond Taams slaat bejaarde dood’ kopt, snap ik dat lezers iets onaardigs schrijven”, hield ik de vriend voor. “Dan heb je te maken met een echt feit, mijn meninkjes zijn daarentegen slechts waarheden.”

Waarschijnlijk zat er niets anders op dan mijzelf aan te melden bij een debatclub. Via een zoekopdracht belandde ik op de website van de Nederlandse Debatbond, welke een lijst met aangesloten verenigingen bevatte. Helaas bleken alle clubs in Utrecht en omstreken voor studenten, als je zelf iets wilde oprichten werd je uitgenodigd een mail te sturen naar de voorzitter van de debatbond.

Bij voldoende interesse van Nieuws030-lezers zal ik het overwegen.