Rene van Maarsseveen - Vandaag beleven we de 22ste dag van de moedertaal. UNESCO riep de dag, elk jaar op 21 februari, uit omdat taal een instrument is om cultureel erfgoed levend te houden. Taalkundige en culturele tradities blijven bestaan door de moedertaal te koesteren. Dit jaar is er extra aandacht voor dialecten, zoals ons eigen Uterechs.

Dialecten

In Nederland spreken we steeds minder dialecten. Wie plaatsen in Limburg aandoet hoort nog een verscheidenheid aan dialecten. En in Friesland en de Achterhoek kun je nog mensen in een dialect horen spreken (excuses, Fries is een taal).

Maar in het westen gebeurt dat nauwelijks nog. Daar loop je in grote steden zelfs grote kans, met name in de horeca, in het Engels te worden aangesproken.

Onderzoek

Volgens taalkundigen is er weinig representatief onderzoek gedaan naar dialecten, in vergelijking met ander taalonderzoek. Toch is het mogelijk uit allerlei bronnen een redelijk beeld te krijgen van dialecten in Nederland.

Dan blijkt dat inderdaad in het westen het dialectgebruik sterk is teruggelopen. Er worden nog woorden en uitdrukkingen gebruikt vanuit het dialect. Maar veelal zijn ze in hun uitspraak vernederlandst.

Vernederlandst en logopedie

Het gebruik van dialect en het vernederlandsen, zoals hierboven bedoeld, begon na de Tweede Wereldoorlog. Niet eens geleidelijk ontstond het idee dat het spreken van een dialect niet netjes was. Helemaal als het wat plat klonk, zoals het Uterechs, bestond een associatie met achterbuurtvolk.

Sprak je een dialect of sprak je het Nederlands plat uit (sommige taalkundigen vinden Uterechs geen dialect), dan moest je naar een logopedist. Die leerde je dan netjes praten. Vóór 1970 was dat in accentloos Algemeen Beschaafd Nederlands, daarna Algemeen Nederlands.

Beschaafd werd er tussenuit gehaald. Dat gebeurde vanwege bovengenoemde associatie en de mogelijkheid dat mensen die in dialect spraken als lomp en ordinair bestempeld konden worden.

Recente cijfers

Wellicht dat daardoor een verschil is ontstaan tussen dialectgebruik thuis en in het openbaar. Er zijn huishoudens waar men thuis in dialect spreekt, maar buiten accentloos Nederlands. Het komt echter steeds minder voor. En als het nog bestaat, dan vooral in Limburg, de Achterhoek en Friesland.

In de provincie Utrecht wordt met 91,2% thuis het meest Nederlands gesproken van alle provincies. Slechts 2,2% spreekt Uterechs of een ander dialect en 5,5% spreekt een andere taal. Die verhoudingen liggen in Limburg heel anders. Daar spreekt thuis slechts 46% Nederlands en 47,9% Limburgs. En in Friesland ligt de verhouding op 50% Nederlands en 39,6% Fries.

Gooi je alle percentages bij elkaar, dan blijkt van alle Nederlanders boven de 15 jaar ongeveer 25% thuis geen Nederlands te spreken. Ze spreken daar een dialect of een andere taal.

Dialect koesteren

UNESCO lijkt het goed als we onze dialecten wat meer koesteren. Dat blijken we in het westen nauwelijks te doen. Veel Limburgse en Friese ouders willen hun kinderen nog wel tweetaligheid meegeven. Zij geven hun streektalen door aan de volgende generatie. Die talen zullen daardoor ook langer blijven bestaan.

In de provincie Utrecht gebeurt dan niet of nauwelijks. Wel hoor je in de stad nog regelmatig woorden uit het Uterechs. Wellicht dat jochie daarvan het bekendste voorbeeld is. Dat werd immers door Utrechters gekozen als meest ultieme Uterechse woord.

Naast specifieke woorden onderscheidt het Uterechs zich vooral in de uitspraak van het Nederlands. Zoals in het weglaten van de t, waardoor de Oudegracht ineens een ouwegrach is.

Vollekstaol Uterechs

Maar er is veel meer te vertellen over het Uterechs. Daarbij kan het gaan over de specifieke klanken in de uitspraak van deze vollekstaol. Maar ook over de vele woorden en uitdrukkingen die in loop van jaren in de taal zijn geslopen en het daarmee onderscheidend Uterechs maakten.

De gemeente Utrecht wil daar dit jaar meer aandacht aan geven tijdens Utrecht 900. Maar ook in de Nota Erfgoed 2021-2030 geeft ze aan de vollekstaol te willen koesteren.

Voor wie meer wil weten over de klankleer rond het Uterechs of gewoon eens een woord wil opzoeken zijn er meerdere mogelijkheden. Een goed begin is het boekje ‘Vollekstaol van de stad Uterech’, dat is uitgegeven door de historische vereniging Oud-Utrecht.

Een fijne doag van de moendertaol gewens

----------------------

Streektaal is een ander woord voor dialect. Het wordt soms gebruikt om aan te geven dat een dialect een iets meer erkende status heeft gekregen, bijvoorbeeld volgens het Europees Handvest voor Minderheidstalen. Daarin zijn onder andere het Nedersaksisch (in 1996) en het Limburgs (in 1997) opgenomen. Het Nedersaksisch en Limburgs zijn overigens geen gestandaardiseerde taal; omdat het Nedersaksisch varianten kent als Twents, Drents en Gronings, en in Limburg grote verschillen bestaan tussen het Limburgs in plaatsen.

Algemeen Nederlands is de officiële taal in Nederland. Het Fries is als taal door de wet erkend voor de provincie Friesland. Daarmee hebben Friezen het recht zowel Nederlands als Fries te gebruiken, bijvoorbeeld in correspondentie met overheden.