Door Jim Terlingen - Ook in de binnenstad van Utrecht komen steeds meer struikelsteentjes te liggen. Daar waren in het begin van de vorige eeuw vele winkels van joodse Utrechters.

Vanmiddag werden twee steentjes geplaatst voor Steenweg 27. Daar groeiden de joodse broers Joop (Joseph) en Bobby Straus (Barend) op. Beiden zijn vermoord in de oorlog. Ze zijn kinderen van de bakker Simon Straus en zijn vrouw Suze Straus-de Vries, die de oorlog wel hebben overleefd.

De in Utrecht wonende nazaat Olav Straus (1967) is de iniatiefnemer van de plaatsing. Zijn opa was een broer van de vader van de jongens. Als ik hem een dag van tevoren bel, is hij een beetje verrast. Hij wil er zelf eigenlijk geen grote bijeenkomst van maken.

"Ik ga geen grote speech houden hoor", zegt hij bescheiden. Het gaat hem om de steentjes zelf; dat ze er komen te liggen. Of er foto's van de jongens bestaan? "Ik zou nog eens moeten kijken in de nalatenschap van mijn vader." 

Waar bij recente plaatsingen op de Van Swindenstraat en de Kromme Nieuwegracht muziek en speeches te horen waren, ging het er dit keer bescheiden aan toe. Maar het was zeker ook ontroerend. Een volle neef van Olav, die hij lang niet had gezien, kwam onverwacht uit Delft: de mediëvist Frits van Oostrom. 

Olav Straus (links) en Frits van Oostrom bij de steentjes voor de neven van hun ouders. Foto: JT

En ook de Utrechtse Lenie de Leeuw was er. Ná de oorlog vingen Simon en Suze Straus haar ouders op, toen deze - net als zij - uit de onderduik kwamen. Jo en Corrie de Leeuw hadden tot in de oorlog een banketbakkerij op de Lijnmarkt.

De intieme sfeer in het gesprek dat daar op de Steenweg ontstond - waar ook twee mensen van de stichting Stolpersteine bij waren, evenals twee 'vaste aanwezigen' en de partner van Olav - zal mij lang bijblijven.

Geschiedenis
Hier een paar zaken die ik heb kunnen vinden over deze familie Straus.

De brood- en banketbakkerij kwam in 1916 op de Steenweg. En hier poseren ze (vermoedelijk is het rechts Simon):

1917. Foto: Utrechts Archief. De poort aan de rechterkant zit er op dit moment nog.

Nieuw Israëlitisch Weekblad, 30 september 1921, joods Nieuwjaar

Een strenge opperrabbijn Justus Tal in het NIW

Joop en Bob komen beiden ter wereld op de Steenweg (in 1922 en 1925). 

In 1935 werd Joop (Joseph) op zijn 13e bar mitswa ('zoon van het gebod'), NIW

Middelbare school: Joop gaat naar het Bijzondere HBS op de Plompeptorengracht en Bob naar de Rijks HBS aan de Kruisstraat.

Joop Straus studeert daarna rechten en economie aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Hij wordt in oktober 1939 lid van de studentenvereniging Unitas, waarvoor hij in september 1940 bedankt. In 1939 schrijft hij zich ook in aan de Universiteit van Amsterdam, waar hij tot 1941 economie studeert.

1941. Joodse panden door heel Nederland worden belad door NSB’ers. Links van het bekladde pand van Straus zit slagerij Vocking (op nummer 29, de letters zijn net te zien):

1941. Het bekladde pand van Straus. Foto: beeldbank WO2-NIOD

Het adres in 1942 van de vier leden van het gezin Straus is Kapelstraat 15 bis.

Als Joop in 1942 onderduikt, komt er een officiele oproep:

De Hoofdcommissaris van politie te Utrecht verzoekt opsporing, aanhouding en voorgeleiding van Joseph Straus, van joodschen bloede, student, wonende aan de Steenweg 27 te Utrecht. Als signalement wordt gegeven: lang 1.65 m, schraal aangezicht, bruine oogen, donkerblond haar.

Joop wordt op 30 juni 1942 gearresteerd bij Dijon in Frankrijk. Daarna is er niets meer over hem bekend. Hij zal ofwel ter plaatse gefusilleerd zijn, wat daar vaak voorkwam, ofwel vanuit Frankrijk naar Oost-Europa zijn vervoerd. Waarschijnlijk werd Joop 20 jaar.

Bob komt op 18 september 1943 in Westerbork terecht. Vermoedelijk is hij tijdens zijn onderduik in Nederland opgepakt. Drie dagen later moet hij op transport naar Auschwitz. Daar wordt hij op 30 december 1943 vergast. Hij werd 18 jaar.

Eén broer van Simon Straus woont tijdens de Tweede Wereldoorlog ook in Utrecht, Maurits (de opa van Olav). Hij is gemengd gehuwd en woont sinds 1943 op Oudkerkhof 15 bis. Zijn dochter Marianne houdt in agenda’s en schriftjes aantekeningen bij. Daarin komen de ondergedoken oom Simon en tante Suze regelmatig voor. De families gaan stiekem bij elkaar op bezoek.

Zaterdag 21 oktober 1944: (...) T. Suze en O. Simon hier. Ze moeten heel voorzichtig zijn, maar konden het thuis niet meer uithouden.

Bakkerij Straus komt na de oorlog terug, in tegenstelling tot de banketbakkerij van De Leeuw. In 1952 gaat de bakkerij Straus in andere handen over.

1952. 'Zeer bijzondere omstandigheden' - Utrechts Nieuwsblad

De grafsteen van Simon Straus op de joodse begraafplaats op het Zandpad heeft een verwijzing naar z'n in de oorlog gekomen zoons. Foto: Lenie de Leeuw

  • Joop (Joseph) Straus (1922-1942)
  • Bob (Barend) Straus (1925-1943)
  • Simon Straus (1885-1956)
  • Suze (Suzanna) Straus-de Vries (1891-1989)

   
Reageren? terlingenschrijft@kpnmail.nl 
Zie: meer artikelen van mij over struikelsteenplaatsingen in Utrecht