Vandaag, 1 december, verschijnt 'Patriotten, provo’s en rebellen - Utrechtse episoden van eigenzinnigheid' door Riccardo Alberelli. Het is een verzameling columns over een opstandig Utrecht door de eeuwen heen en die verschenen tussen mei 1988 en februari 1989 in 'Uitvoer, Cultuurmagazine voor Utrecht' en dat ging toen onder de titel 'Het Vergeetboek'. De columns zijn volgens Alberelli 'grondig herzien'.

Het boekje (100 pagina's)  is verkrijgbaar voor 8,50 euro via www.parterre.nl en bij de (internet)boekhandel

Hieronder exclusief voor Nieuws030 de column Oranje, Franje, Beu!

Tien maart 1966 onttrekt een rookwolk de trouwstoet van prinses Beatrix en de heer Claus von Amsberg aan het gezicht van miljoenen mensen, die aan de televisie gekluisterd zitten.

Een rookwolk die voorpaginanieuws is over de hele wereld. Amsterdam wordt naast Parijs en Berlijn één van de centra van opstandige jeugd in Europa. In Utrecht blijft alles rustig, daar moet men nog even wachten op antimonarchistische actie.

De eerste weken van juni 1966 heerst er wéér onrust in Amsterdam. Bouwvakarbeiders staken en demonstreren voor betere werkomstandigheden en meer loon. Het gemeentebestuur grijpt zenuwachtig naar een beproefd middel: agenten en marechaussee moeten de verstoorde orde herstellen. Bij een felle politiecharge sterft de 51-jarige metselaar Jan Weggelaar. Het hek is van de Dam.

Geprovoceerd door het onbeheerste politieoptreden slaan de bouwvakkers terug. Onder andere De Telegraaf, die een ware hetze heeft gevoerd tegen de bouwvakstaking, moet het ontgelden. Veel gebroken ruiten, omgekantelde bestelwagens en de geur van brandend krantenpapier zijn het gevolg. Een Utrechtse krant beschrijft de situatie in Amsterdam op vijftien juni als volgt. ‘De hoofdstad brandt, het teer van het damrak vervloeit tussen de kromgetrokken rails en opnieuw kletsen de uit steegjes en straten losgerukte stenen, stukken glas van tientallen kapotte etalages tegen passerende auto’s, die zich in het kielzog van een marechausseebusje onwaarschijnlijk veilig waanden.’ Op 15 juni besluit men de op 25 mei gestarte campagne: ‘Goed dat er politie is’ te staken in verband met de situatie in Amsterdam.

De dood van hun Amsterdamse collega is ook voor Utrechtse bouwvakkers reden tot protest. Zes betonvlechters gaan diverse bouwterrein in Overvecht langs, en ongeveer driehonderd bouwvakkers trekken op naar het hoofdbureau van politie aan het Paardenveld. De Utrechtse politie is slimmer dan haar Amsterdamse beroepsgenoten. Een driehoofdige delegatie van de bouwvakkers wordt uitgenodigd voor een gesprek met hoofdcommissarissen Offersen en Maat. Offersen belooft de protesten van de bouwvakkers aan de Utrechtse burgemeester door te geven. Nadat ze hun wachtende collega’s op de binnenplaats van het bureau op de hoogte hebben gesteld, besluiten de mannen weer aan het werk te gaan.

Op 17 juni 1966 krijgt Jan Weggelaar een indrukwekkende begrafenis. Naar schatting drieduizend mensen, vooral collega’s en buurtgenoten uit De Jordaan, lopen in de druilende regen mee in de begrafenisstoet. Een zee van bloemen bedekt het graf.

Uit voorzorg worden in Amsterdam 3.500(!) militairen paraat gehouden om eventuele ongeregeldheden de kop in te drukken. Die nacht om twee uur steken onbekenden in Utrecht vierduizend exemplaren van De Telegraaf in de brand, die opgestapeld staan vóór het bijkantoor op de hoek van de Haverstraat en de Oude Gracht. Ondanks heftig speurwerk lukt het de recherche niet de daders te pakken te krijgen… Het vuurtje is opgestookt door Sjors de Rooij, naamgever van de Sjorsklanten, een jongerengroepering.

Sjors de Rooy in de ijzeren kooi van het beeldje 'De gekooide Ambtenaar'. Foto: Nol van Dongen

Bijna elf maanden later heeft oranjeminnend Nederland weer reden tot een feestje. Op 26 april 1967 wordt prins Willem Alexander geboren in het Academisch Ziekenhuis in Utrecht. De reactie op dit heuglijk gebeuren volgt een paar dagen later. Op 1 mei, de Dag van de Arbeid, die dit jaar ongelukkigerwijs samenvalt met koninginnedag, breekt tijdens het traditionele militaire defilé het protest los. Demonstranten gooien drie rookbommetjes, zodat de weledele heren burgemeester jonkheer De Ranitz, commissaris van de koningin Graaf van Lynden van Sandenburg en generaal-majoor van de aan- en afvoertroepen, Feith, even in rook lijken op te gaan. De demonstranten dragen borden met leuzen als: ‘1 mei rood’, ’Oranje, Franje, Beu!’(*) en ‘Geen bekrompen nationalisme. Militarisme leidt tot oorlog!’

De 25-jarige psychologiestudent Robert van Gemert wordt door de sterke arm uit een boom verwijderd. Hij heeft zich langs de route van het militaire defilé genesteld met een bord: ‘Smerige oorlogsverheerlijking, 250.000 kinderdoden in Vietnam’. Dat verstoort blijkbaar de feestvreugde. Acht demonstranten worden gearresteerd en krijgen een proces-verbaal wegens ordeverstoring en het afsteken van vuurwerk. Het Utrechts Nieuwsblad laat in een redactioneel commentaar duidelijk blijken aan wiens kant het staat: ‘Wie de orde verstoort, dient te worden gearresteerd.’ Ordeverstoorder Van Gemert brengt het later niettemin tot gemeenteraadslid voor de Pacifistisch Socialistische Partij (PSP) in Utrecht.

De groep demonstranten op die eerste mei betreft een gemêleerd gezelschap. Onder de gearresteerden bevinden zich een beeldhouwer, een timmerman, drie werklozen, een arbeider, een scholier en een student. De laatste kan gezien worden als de exponent van een groep, die zich in de komende jaren actief met maatschappelijk protest zal bezighouden. De grote jaren van de studentenbeweging staan voor de deur. De verschrikkingen van de Vietnamoorlog vormen het macabere decor. Het besef groeit dat dit soort verschrikkingen een gevolg zijn van de bestaande maatschappelijke situatie. Het zijn vooral - maar niet alleen - studenten die het politieke denken willen vertalen in praktisch handelen. Ze eisen veranderingen en ze eisen ze nu. Er staan de oude universiteitsstad roerige tijden te wachten.

* De slogan ‘Oranje, Franje, Beu!’ is een parodie op de aanduiding van de oorspronkelijke vlaggenkleur van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden: ‘Oranje, Blanje, Bleu’ (Oranje, Wit, Blauw).