De sportjournalist Ton de Ruiter duikt in het sportieve verleden en legt hedendaagse verbanden. Dit keer over Daphne gaat Anton opvolgen.

De zomer van Daphne Schippers en de Tourstart in Utrecht is voorbij. Op een volgende zomer met een Grand Départ van de Ronde van Frankrijk is het lang wachten. Voor een zomer met sportieve hoogtepunten van het sprintwonder uit Oog en Al is de wachttijd korter. Op 5 augustus wordt in Rio de Janeiro de Olympische vlam aangestoken. Op 12 augustus valt het eerste startschot op de atletiekbaan.

Daar ligt voor de wereldkampioene op de 200 meter de kans om na 52 jaar Anton Geesink op te volgen. De judoka uit de Utrechtse volkswijk neemt op de Spelen van 1964 in Tokio in de finale alle categorieën na negen minuten de Japanse held Akio Kaminaga in de houdgreep en zorgt voor de  eerste individuele Olympische medaille van een Utrechtse sporter bij de zomerspelen. Het is meteen goud.

UVV-voetballer Jan Vos wint in 1912 in Stockholm brons met de Nederlandse voetbalploeg, schermer Leo Nardus pakt op hetzelfde toernooi  een medaille met de degenploeg. Tennisser Henk Timmer uit de Dillenburgstraat pakt de derde plek in 1928 in Amsterdam  maar doet dat met Kea Bouwman in het gemengd dubbel. De Haagse Nel van Randwijk, geboren in Utrecht, verovert in de hoofdstad goud met de turnploeg en Paul van de Rovaart is lid van de zilveren hockeyploeg.       

Individuele medailles van sporters uit de stad Utrecht op de Olympische zomerspelen zijn uniek. Voor de zege van Anton Geesink en ook daarna. Na de individuele medaille van de judoreus veroveren Nederlandse Olympische solisten op de zomerspelen 34 gouden, 25 zilveren en 42 bronzen plakken. Nooit is er een sporter bij geboren in de stad Utrecht of in de groeigemeentes rond de Dom.

We juichen na de triomf van de Stichtse judoka voor de gouden medailles van zwemster Ada Kok en roeier Jan Wienese (1968). Vervolgens klinkt in München het Wilhelmus voor judoka Willem Ruska (2x) en wielrenner Hennie Kuiper (1972). Atlete Ria Stalman, windsurfer Stephan van den Berg en de zwemsters Jolanda de Rover en Petra van Staveren veroveren Olympisch goud in 1984.

Vier jaar later huldigt Soest de winnares van de wielerwedstrijd in Seoul, Monique Knol, een Friezin uit Wolvega die in het hart van Nederland is neergestreken. Atlete  Ellen van Langen in 1992 en mountainbiker Bart Brentjes in 1996 zijn eenzame gouden individualisten op de Olympische Spelen van Barcelona en Atlanta.

De fanfare in Sydney kent in 2000 het Nederlandse volkslied na veertien dagen topsport uit het hoofd. Driemaal goud voor wielrenster Leontien van Moorsel en zwemster Inge de Bruijn, tweemaal het allerhoogste voor Pieter van den Hoogenband en verder klimmen judoka Mark Huizinga, springruiter  Jeroen Dubbeldam  en dressuurspecialist Anky van Grunsven op de hoogste trede van het erepodium. De wieg van geen van hen staat in de Utrechtse agglomeratie.

Op de Olympische Spelen van 2004 en 2008 is het niet anders. Van Grunsven, Van den Hoogenband, Van Moorsel en De Bruijn gaan op herhaling in 2004 en in Beijing krijgt de Brabantse dressuuramazone gezelschap van wielrenster Marianne Vos en zwemmer Maarten van der Weijden.

In Londen worden vijf individuele gouden medailles uitgereikt. Marianne Vos gaat op herhaling, nu in de wegwedstrijd. Ranomi Kromowidjojo haalt twee gouden plakken uit het water. Epke Zonderland en Dorian van Rijsselberg completeren het vijftal.
   
Wat op de Olympische winterspelen wel lukt – dubbel goud en zilver voor Jochem Uytdehaage in Salt Lake City 2002 - lukt Utrechters niet op de Zomerspelen. Geen individueel  goud en ook geen zilver en brons.

Kanshebbers hebben zich in de loop der jaren ook nauwelijks aangediend. Rob Druppers is in 1984 in Los Angeles favoriet op de 800 meter maar haakt in de voorbereiding af met een hamstringblessure. Vier jaar later behoort de clubgenoot van Daphne bij Hellas niet meer tot de kanshebbers en wordt in de kwartfinale uitgeschakeld. Bert van Vlaanderen zorgt in 1992 voor een topprestatie op de marathon, 15e.

Daphne Schippers zelf eindigt in Londen als 12e op de zevenkamp. Dat was 2012. Inmiddels zijn we drie jaar verder. De zomer heeft aangetoond dat het Nederlandse sprintwonder op koers ligt en een geweldige kans maakt  op de tweede individuele medaille van een sporter uit de stad Utrecht bij de Olympische zomerspelen.