Onder de noemer Zwerfhond schrijft Utrechter Raymond Taams onregelmatig korte columns, die hij in viertallen - een hond heeft immers vier poten - op Nieuws030 publiceert.

   

Dierlijk (19-03-2024)

Slenterend over de Leidseweg, tijdens het staartje van de ochtendspits, trekt een kraaiende haan bij de kinderboerderij aan de overkant van het water mijn aandacht. Naast de uitbundig ku-ke-le-ku-kende vogel kijkt een zwartgehoornde bok op een houten verhoging onverschrokken in de verte. 'Een nieuwe dag in het dierenrijk, aan het begin van de lente', denk ik vrolijk.

Zelf ben ik ook een dier, een absurd ogende, in kleding gestoken verre uitloper van de chimpansee, wiens soort het leven op aarde uiteindelijk voor het leeuwendeel zal vernietigen. Zilvervisjes, ratten, torren en andere modderkruipers overleven onze kernoorlog wel, de rest, dus alles wat op langere poten staat en hoorns, overhemden, een verenpak of schoenen draagt, valt af.

Deze door mijn hoofd bedachte tweedeling geeft me kort een gevoel van controle over het leven, voldoende om me ook vandaag weer opportunistisch in de ratrace te storten die het moderne bestaan nu eenmaal is.

   

Toestand I (20-03-2024)

Ik worstel altijd een beetje met de doelstelling in mijn leven, als in: ik geloof niet dat het bestaan zin heeft of een hoger doel dient, maar het is voor de rust in mijn hoofd wel zo bevorderlijk wanneer er op operationeel, alledaags niveau een helder eindpunt is waar verschillende kronkelige paden die ik bewandel uiteindelijk naartoe leiden. Sommige mensen hebben dit van nature, hun leven draait bijvoorbeeld om het zorgen voor bejaarden of het houden van postduiven.

Misschien heb ik te veel prioriteiten. 'Op mijn sterfbed zal ik niet kunnen klagen over een gebrekkig liefdesleven', denk ik na een geslaagde vrijpartij, waarna mijn hoofd onmiddellijk op zoek gaat naar ideeën voor een volgende column. Zo jakker ik maar door in die eenentwintigste-eeuwse grote stad van ons, nu ik erover nadenk ben ik in Utrecht waarschijnlijk lang niet het enige individu waarvan de mentale toestand zich zoals hierboven laat omschrijven.

   

Toestand II (21-03-2024)

Soms, op momenten dat ik heel kort in een uitzonderlijk heldere geestestoestand verkeer, verschijnen alle gedachten en handelingen die mij naar het huidige ogenblik voerden als het ware in één reusachtig schema. Zo’n overzicht is allesbehalve overweldigend, het voelt juist praktisch en fijn om de beker koffie in mijn hand tussen zijn misschien wel vijftigduizend voorgangers te aanschouwen.

Ik hou van deze ervaringen, omdat ze me duidelijk maken dat het leven eerder een optelsom dan een verhaal is. Waarschijnlijk overviel deze wonderlijke geestelijke gesteldheid mij daarom al enkele keren op het nieuwe Hoog Catharijne. Gedurende de verbouwing in de tweede helft van de jaren tien van de eenentwintigste eeuw ontworstelde dit winkelcentrum zich qua uitstraling immers aan iedere plaats en tijd.

In tegenstelling tot het oude Hoog Catharijne vinden Utrechters de moderne versie niet spuuglelijk. ‘Mooi’ noemen ze het evenmin, eigenlijk wordt er gewoon nooit meer over Hoog Catharijne gesproken.

   

Content (21-03-2024)

'Sorry man, ik heb echt geen puf meer, ik moest vandaag tien artikelen schrijven voor op de website', appt de vriend die sinds kort een nieuwe baan heeft bij een organisatie die content produceert. Wandelend over een levendige Weerdsingel, op de eerste terras-fähige avond van het jaar, had ik hem een bericht gestuurd met de vraag of hij een biertje lustte.

Ik ben op de Neude als ik zijn afwijzing ontvang, waar ik mij, ondanks de zachte lucht en het van de terrassen opstijgende geroezemoes, opwind over het fenomeen 'content'. Het internet puilt uit van de content, er is meer content dan honderdduizend mensen gedurende hun leven kunnen consumeren, en toch moet er meer content komen.

‘Content is niks anders dan platgeslagen inhoud, het begint een ongezonde obsessie van de stedelijke professional te worden’, schrijf ik aan de vriend, hij is het ermee eens, daar ben ik enigszins content mee.