Onder de noemer ‘Zwerfhond’ schrijft Ter relativering van het soms wat hoge filosofische gehalte van de mini-columns die ik hier onder de naam ‘Zwerfhond’ publiceer, leek het me aardig voortaan boven elke aflevering een foto van een hondendrol te plaatsen.onregelmatig korte columns, die hij in viertallen - een hond heeft immers vier poten -  op Nieuws030 publiceert.

  

Drol (10-01-2024)

Ter relativering van het soms wat hoge filosofische gehalte van de mini-columns die ik hier onder de naam ‘Zwerfhond’ in viertallen – een hond heeft immers vier poten – publiceer, leek het me aardig voortaan boven elke aflevering een foto van een hondendrol te plaatsen.

Nadat ik dit, wandelend over de Lauwerecht richting Weerdsingel, bedacht had, ging ik direct op zoek langs de stoeprand. Binnen een minuut vond ik een munt van vijftig eurocent, wat me een aanmoediging van het universum voor dit idee leek.

Tijdens deze eerste zoektocht, die in totaal ongeveer tweehonderd meter stoep besloeg, vond ik één dun, half vertrapt maar desondanks glinsterend hondendrolletje, dat me net iets té viezig leek om aan de lezers voor te schotelen.

Uiteindelijk viel bovenstaande anonieme drol de eer te beurt aan het begin te staan van een traditie die hopelijk voortduurt tot ik een hondendrol mag uitzoeken voor op de voorkant van een kloeke Zwerfhond-bundel.

   

Peace (15-01-2024)

Ik zou graag een goed mens zijn, en de zwart-witte Peace Now-poster die je overal in Utrecht ziet voor mijn raam hangen. Maar ik kan het niet, mijn verstand zegt me dat er de komende tien jaar alleen maar meer oorlog komt. De wereldorde wordt grondig verbouwd, het enige dat je kunt doen is hopen dat er geen rondslingerend puin op je dak valt.

Mijn vader was een enthousiaste klusser. Als het snoer van een wandlamp hem te veel in het oog sprong, boorde hij het liefst meteen een sleuf in de muur om de draad weg te werken. Ondanks de matigende invloed van mijn moeder, herinner ik me nauwelijks zondagen zonder geboor of gezaag.

Voor een dromerig jongetje als ik was dat ellendig. Een poster op de deur van mijn kamer had echter niks uitgemaakt, die had pa niet eens gezien in zijn drang ons huis perfect te maken.

   

Veilig (21-01-2024)

Somberend over de vergankelijkheid – waar moet je anders over somberen, alle overige problemen smelten uiteindelijk als sneeuw voor de zon door die verdomde vergankelijkheid – zit ik op een druilerige zaterdag in de auto naast mijn vriendin. Tijdens een korte stop bij een Shell-station staar ik wezenloos naar de glazen schuifdeuren van het gebouwtje waar zij op dat moment de volle tank betaalt.

‘Geen herinnering is veilig’, verschijnt plotseling boven een gebarsten foto van twee dansende mensen op het elektronische scherm naast de schuifdeuren. Deze spijkerharde waarheid in de reclame-uiting van een Alzheimer-stichting geeft mijn denken weer scherpte. ‘Het is nu eenmaal zo, ik sta niet alleen in mijn gesomber over het feit dat zelfs mooie herinneringen niet voor eeuwig zijn’, peins ik tevreden. 

Vastberaden mijn herinneringen te koesteren zolang ze er zijn, stap ik een halve minuut later bijna opgetogen de auto uit om nog snel een koffie te halen.

   

Waardigheid (24-01-2024)

Door de toegenomen dreiging vanuit Rusland begon ik onwillekeurig na te denken over wat voor type oorlogsslachtoffer ik zal zijn. Ik ben er trots op dat ik, ondanks forse persoonlijke tegenslagen, tot nu toe ieder gevoel van slachtofferschap bij mijzelf wist te vermijden. Maar als de Russen Utrecht omsingelen en onze huizen bestoken met artilleriegranaten, wordt het lastig om zaken ‘om te denken’ of ‘in je kracht te staan’. In zo'n geval eindig ik alsnog als slachtoffer.

Een waardig oorlogsslachtoffer word ik niet, daarvoor ben ik te driftig en is mijn ego zelfs na duizenden meditatiesessies nog te groot. Tijdens mijn laatste minuten in de schuilkelder vervloek ik waarschijnlijk de bioscoopgangers die op een ontspannen vrijdagavond in 2095, graaiend in een bak met popcorn, genieten van een film over het gruwelijke Beleg van Utrecht aan het begin van deze eeuw. Mijn leed als grondstof voor de naoorlogse entertainmentindustrie, afschuwelijk gewoon.

   

Naschrift: vanwege tegenvallende fotogeniekheid van hondenuitwerpselen op Utrechtse stoepen besloot de schrijver het bij een eenmalig grapje te houden.