Fred Penninga - lid van het Utrechtse Stadsdichtersgilde - schrijft wekelijks een actueel stadsgedicht.

        

SEBASTIAAN VAN ZUILEN


Ik zie gewoon een piepklein babyjochie

dat met zijn handen open en zijn ogen dicht

het moede hoofd op iemands arm te slapen legt

en helemaal niet weet welk een bijzonder kind hij is.

             

Ik wens hem alle liefs en sterkte en geluk

dat hij maar gebruiken kan om zichzelf

te worden, duizelig van alle richtingborden

links, rechts, verder, soms zelfs even terug.

           

Ik wens dat hij zich niet zal laten kisten

althans, niet tijdens zijn hele leven

dat ie van wanten weet, van sokken ook

en sneakers, baseball-caps én FC Utrecht

               

Maar bovenal dat hij in liefde bloeien mag

om te beginnen als een prachtig babyjochie

dat met zijn handen open en beide ogen dicht

zijn moede hoofd op iemands arm te slapen legt

  

[Gedicht bij de door Angeliek de Jonge gemaakte foto van burgemeester Jan van Zanen met Sebastiaan op zijn arm. Het jochie is de 350.000ste inwoner van de stad Utrecht.]