Als klein meisje aan mijn moeders hand door Hoog Catharijne, even het hondje van bloemenzaak Josy aaien. Langs mijn vaders speelgoedkraam op Achter Clarenburg, naar De Slegte voor een nieuw boek en naar MADO voor mijn eerste vulpen. Er is veel veranderd in het winkelaanbod sinds de jaren negentig; veel speciaalzaken van toen, bestaan niet meer. De overgebleven zaken, krijgen een podium in de wekelijkse rubriek Utrechtse Zaken. Deze week, deel 1, stripboekenwinkel Piet Snot. 

Door Zita Eijzenbach - Op de Vismarkt pronken de kleurrijke en overvolle etalages van stripboekenwinkel Piet Snot in de laatste zomerzon. Voorbijgangers herkennen altijd wel een paar helden op de vele artikelen: Batman, Suske en Wiske, Kuifje, maar ook Cars, Sesamstraat en Star Wars.

Als ze door de openstaande deur naar binnen stappen, zijn de stripboeken wel het eerste, maar al lang niet meer het enige, dat ze in de winkel zullen treffen. Rekken met rompertjes met grappige teksten, voetbalshirts van het Nederlands elftal, koelkastmagneetjes met klompen of de Dom, mokken met Elvis en posters van superhelden sieren de winkel van boven tot onder. En het is oppassen in dit volgestouwde pand, menig toerist struikelde al eens over de karakteristieke trapjes die in het midden van de winkel de ongelijke vloerdelen met elkaar verbinden.

De historie van stripboekenwinkel Piet Snot bestaat niet uit een romantisch verhaal van twee verzamelaars die al van kinds af aan hun liefde voor stripboeken delen. Nee, Klaas Bergsma en Arjen van Hoek openen op 13 februari 1985 de stripboekenwinkel Piet Snot op de Korte Jansstraat 1, omdat ze ‘niet vroeg wilden opstaan’. Een stripboekenzaak hoeft tenslotte niet om acht uur te openen en de twee mannen vonden elf uur dan ook vroeg genoeg. Klaas hield wel van de stripboeken, maar Arjen had er maar weinig mee.

Zoals veel stripboekenwinkels wel deden, kozen zij er niet voor om de winkel naar een stripheld te vernoemen. Het moest wel een naam zijn die zou blijven hangen. “Volgens mij is dat aardig gelukt met ‘Piet Snot’”, glundert bedrijfsleider Caspar Koot, die sinds Klaas’ uittreden, Arjens' nieuwe compagnon is.

Na een verhuizing van de winkel naar de Vismarkt treed Caspar, rond het jaar 2000, als parttimer in dienst. Twee dagen worden al snel vier dagen werk en wanneer Caspar stopt met zijn studie Sociaal Cultureel Werk, gaat hij fulltime aan de slag in de winkel.

Ik was op zoek naar een bijbaantje en solliciteerde bij De Slegte, de Free Record Shop en hier. Mijn keuze voor een baantje hier, bleek achteraf een goede geweest te zijn; de andere twee zaken zijn nu failliet!

We draaien de zaak nu zeven dagen per week met z’n tweeën, maar dat wordt een beetje te gek. Arjen is niet meer de jongste met zijn 64 jaar en online is de concurrentie flink aanwezig.

Een werknemer er bij zou geen overbodige luxe zijn, maar een vrouw achter de balie is wellicht geen goed idee. Dan komen de klanten misschien meer voor het meisje, dan voor de boeken!

Stripboekenlezers bij Piet Snot is er in alle soorten en maten. “Op de beurzen zie je wel altijd een speciaal type; een man met geitenwollen sokken in sandalen en een katoenen tasje over zijn schouder. 
Helaas zijn er maar weinig vrouwen geïnteresseerd in de boeken; misschien wel omdat de meeste hoofdrollen voor mannen zijn weggelegd." 

Vaste klanten 

Een vaste klant komt binnen, op zoek naar een nieuwe uitgave van een stripboekenserie. Caspar kijkt direct op de computer wanneer hij het artikel in huis kan hebben. “Wanneer heb je ‘m nodig?”, roept Caspar naar voren.

De jongen antwoord en na een korte zoektocht op internet kan Caspar hem melden dat de klant het gewenste artikel over twee dagen in de winkel kan ophalen.

Die snelheid wordt gewaardeerd door klanten,” zegt Caspar trots. “Hij kan het misschien ook zelf online vinden, misschien wel voor iets minder, maar daar gaat hij nu niet meer naar zoeken.

 “De tijden veranderen. Vroeger dronken we op zaterdagochtend koffie met de vaste klanten. Soms zat er een hele ploeg aan de koffietafel, was er bijna iemand extra nodig om iedereen van koffie te voorzien. ’s Middags dronken we een biertje met de klanten, waarna we de stad in gingen.

Tegenwoordig kan de zaterdag bijna in je eentje. Van de vaste klanten zijn er een paar dood, een paar hun baan kwijt en een paar verhuisd. De tap staat nog achter de voordeur, maar die hebben we al tijden niet gebruikt.” 


Hij staat er nog wel, maar de tap wordt amper nog gebruikt. Foto: Zita Eijzenbach

Slechte recensies

De vaste klanten verzekeren een deel van de inkomsten, maar zonder de toeristen zou de winkel niet kunnen blijven bestaan. Hoewel de stripboeken de corebusiness is, moet de prullaria – zoals Caspar het zelf noemt - ook in de winkel aanwezig zijn. Caspar onthoudt wat zijn vaste klanten lezen en belt soms wel zestig klanten na, om ze te melden dat er een nieuwe stripboek in de winkel gearriveerd is.

De bedrijfsleider oogt erg betrokken te zijn met zijn klanten, maar wie online op zoek gaat naar Piet Snot stuit op allerminst positieve recensies. Het personeel wordt bestempeld als ‘erg grof’, ‘zeer onvriendelijk’ en zelfs ‘onbeschoft’. 
Caspar wuift het weg. “Die recensies zijn erg oud en bovendien is niet alles waar, van wat daar geschreven wordt. 
Het is natuurlijk ook een type mens, die dat soort teksten op internet zet. Als ik ergens een slechte ervaring opdoe, ga ik er niet nog eens heen, maar dan zet ik dat niet online.

Caspar vertelt dat hij wel vaker klanten de winkel heeft uitgezet. Een dame die in de winkel haar pizza wilde eten en een groep schooljongens, die middag na middag boeken kwam lezen maar nooit iets kocht. “Dan is de maat ook een keer vol voor ons. We zijn een winkel, geen bibliotheek!”

Piet Snot over 10 jaar

Gevolgen van de financiële crisis ondervonden we pas een paar jaar later. Ik merk wel dat het straatbeeld veranderd is. Stelletjes gaan niet meer romantisch shoppen op donderdagavond, maar kopen hun spulletjes eerder online. Logisch ook hoor; soms is het daar gewoon goedkoper. We moeten ook echt actiever online worden. De nieuwe website is sinds deze week in de lucht, maar we hebben nog altijd geen pagina op Facebook.

Arjen zal er over een paar jaar mee ophouden, maar ik ben pas 39, dus voorlopig kan ik dit nog gewoon blijven doen. Mijn zoons zijn nu vijf en zeven jaar oud, maar als zij het beide niet willen overnemen, ja, wat dan…?”, zegt Caspar bedenkelijk.

Misschien wordt dat wel een probleem. Je zit nooit winkels met detailhandel te koop staan. Een slager en een banketbakker draagt zijn zaak ook niet over aan een vreemde. Een speciaalzaak is toch wat anders dan een keten.

Een bezorger komt binnen met kartonnen dozen vol met kalenders. Een grote diversiteit, is volgens Caspar, de kracht achter de winkel. Volgende week moeten er zo’n 100 verschillende kalenders in de winkel liggen; van Spider-man en Game of Thrones tot de Minions. De laatste artikelen van de Tour de France zullen deze week plaats maken voor de eerste artikelen van de feestdagen en het najaar.

Helaas is de impact van de verfilmde stripverhalen zoals The Walking Dead en de Marvel-serie niet zo groot geweest als we gehoopt hadden. De artikelen verkopen wel even beter, maar zodra de grotere zaken en zelfs supermarkten zich gaan mengen in de hypes, kunnen wij daar niet tegen op.

Als het EK-voetbal volgend jaar niet door gaat, is dat best een domper voor de winkel. Helaas kunnen we ook niet meeliften op de hele ‘foodhype’ die momenteel gaande is. Er zijn honderd kookprogramma’s op televisie en iedereen moet opeens speltbrood, maar een plak rauwe ham tussen je bladzijdes; daar zit toch niemand op te wachten!?”