De rubriek Welvaart Utrecht over de opkomst van de stad in de afgelopen vijftig jaar, iedere maandag, woensdag en vrijdag in Nieuws030. Vandaag deel 32.

Louis Engelman - Heeft de sterk verbeterde gezondheidszorg een bijdrage geleverd aan de toename van de welvaart in Utrecht? Op die vraag is het moeilijk een eenduidig antwoord te geven. Het hogere niveau van volksgezondheid heeft zeker een indirect effect gesorteerd. Immers, gezondere mensen presteren beter en kunnen meer aan. Maar of dat ook van invloed is geweest op het ‘gevoel van welzijn’ van de Utrechters?

Qua medische voorzieningen zijn er in de afgelopen decennia grote sprongen voorwaarts gemaakt. Vergelijk eens de hospitalen van de jaren zestig met die van nu. Je weet niet wat je ziet als je nu de grote Utrechtse ziekenhuizen binnenloopt. Of herinner je de verpleegtehuizen van toen.

Niet dat mensen niet meer ziek of oud worden, maar de manier waarop verschilt nogal met vroeger. De zorg is – hoe zeer momenteel ook bekritiseerd – van een veel hoger niveau dan vijftig jaar terug. Het netwerk van de gezondheidszorg is een stuk fijnmaziger geworden.

Dat leidde onder meer tot andere sterftecijfers. In 1959 was de gemiddelde maximumleeftijd voor mannen 59 jaar en voor vrouwen 63. Nu overlijden mannen in doorsnee als ze bijna 75 zijn en vrouwen op hun 80ste. Wel kruipen die getallen steeds dichter naar elkaar toe. Naar verwachting wordt de huidige jonge generatie in 2060 gemiddeld 87 jaar (mannen) en bijna 90 jaar (vrouwen).

Dat die prognose wel eens juist zou kunnen zijn blijkt uit recente onderzoekcijfers onder jongeren in de regio Utrecht. De GGD deed daarvoor navraag bij vierduizend tieners in het voortgezet onderwijs. Zij stelde vast dat er door hen minder wordt gerookt en minder alcohol wordt gedronken. Voorts doet de jeugd meer aan sport en wordt er gezonder gegeten.

Het Utrechts Medisch Centrum in de Uithof. Foto: UMC

Van de leerlingen zegt 85 procent zich gezond te voelen. Voorts is 81 procent elke dag minimaal één uur lichamelijk actief. Daarbij geven jongens iets vaker aan gezond te zijn dan meisjes (87 tegen 83 procent).

Wel zijn er sociale verschillen. VMBO-leerlingen scoren minder gunstig als het gaat om leefstijl en gezondheid. Ook leerlingen met een Turkse of Marokkaanse achtergrond blijven achter op het terrein van voeding en beweging. Autochtone leerlingen drinken en blowen weer vaker en denken ook meer aan zelfdoding.

Naar schatting 1 op de 8 kinderen in Utrecht is te zwaar voor hun leeftijd. Het gemeentebestuur heeft daarom besloten het overgewicht van kinderen in de gaten te gaan houden. De registratie past in de Volksgezondheidsmonitor 2015-2018. Uit de eerste resultaten blijkt dat obesitas het meest voorkomt in de wijken Kanaleneiland, Hoograven en Overvecht. Daar is bijna 1 op de 4 kinderen te dik.

Opmerkelijk is overigens dat jongeren zich gezonder gedragen als ze lid zijn van een sportclub, creatieve vereniging, kerk of moskee. Zij voelen zich gelukkiger dan de jongeren die nergens lid van zijn.

Volgende deel: Overvecht het minst gezond