Jeroen Wielaert - Het kanon ging niet af bij het Museum Oud Amelisweerd, vrijdagmiddag. De vergunning van de gemeente Bunnik was er, de manschappen stonden klaar in Napoleontische kostuums. Een gaslek in het riool van de Utrechtse buurgemeente verhinderde het feestschot.

De bevolking van Bunnik zou er maar verschrikt van zijn geraakt. Het was daarom dat het bij keurig applaus bleef bij de onthulling van de Europese Plaquette voor de restauratie van het landhuis. In de toespraken werd er beschaafd, maar treffend geschoten op de mogelijkheid dat het MOA moet sluiten na de Europese onderscheiding.

In zijn openingswoord sprak MOA-voorzitter Ari Doeser de hoop uit dat het fraai opgeknapte landhuis langer bewoond zal worden dan door Lodewijk Napoleon, de eerste koning van Nederland. Vanaf vrijdag is in het MOA de tentoonstelling Lodewijk Napoleon – tragisch heerser te zien. De expositie geeft veel inzicht over de man die met veel tegenzin naar Nederland werd gestuurd door zijn broer, de dictatoriale keizer van Frankrijk. Lodewijk verbleef maar heel kort in het stemmige bosverblijf. Hij koos voor zijn maîtresse, een operazangeres uit Amsterdam.

Doeser gaf zo de aanzet voor meer bezorgde woorden over het voortbestaan van het geprezen tentoonstellingshuis. Er waren notabelen genoeg bijeen om zorgvuldig uitgedrukte waardering en zorg over al dit kostelijke erfgoed aan te horen. Armando zat op de eerste rij. Cherry Duyns, zijn voormalige compagnon van Herenleed keek toe van opzij, ouderwets schuins. Zeker, het was een heel scheve situatie.

Met passende deftigheid constateerde Truze Lodder namens prijsuitdeler Europa Nostra dat de gemeente Utrecht veel geld heeft geïnvesteerd in de restauratie van het landhuis. Pro memorie: het herstel vergde vier miljoen; voor het MOA dreigt nu een sluiting als de Utrechtse gemeenteraad niet terugkomt op het besluit om geen jaarlijkse exploitatiesubsidie à 75.000 Euro te verlenen.

Als Utrechts wethouder Erfgoed en Monumenten mocht Kees Geldof  de Europese plaquette onthullen. In zijn toespraak glibberde hij om de kwestie heen op een manier die Lodewijk Napoleon extra melancholisch zou hebben gestemd.

Bij wijn, bier en vegetarische hapjes peilde ik het onbegrip over deze situatie. Ik vernam dat de gemeente Bunnik een reserve heeft van 12 miljoen Euro.

De beste opmerking van de middag kwam van Roelof Jan Minneboo, de curator van de tentoonstelling over Lodewijk Napoleon. In zijn toespraak zei hij: ‘Als koning was hij een bestuurder die genomen beslissingen kon intrekken door voortschrijdend inzicht.’

Het zou het koninklijke besef van de Utrechtse gemeenteraad moeten zijn.