Henk Westbroek - Zoals u weet bestaat er in Utrecht geen woningnood meer. Sinds het voor iedereen moeiteloos mogelijk is om binnen een paar weken tegen een redelijke prijs een woning te kopen of te huren.

Mocht de woningnood onverhoopt en diep verborgen nog wel in een of andere vorm bestaan, dan is het in ieder geval niet langer iets om je erg druk over te maken. In vergelijk met de Zwarte Piet-problematiek en de visie van ons stadsbestuur op vegetarische bitterballen.

Er bestaat - las ik in publicaties uit het begin van het studiejaar - nog wel een tekort aan studentenkamers. Maar gelukkig ook niet lang meer want dat tekort zal binnen een jaar of 5 omgetoverd zijn tot een royaal overschot. Waarna ook studentenkamers net als onze woningen allemaal beschaafd geprijsd zullen zijn. Dat is beloofd door het stadsbestuur dat naast het aanleggen van regenboog oversteekplaatsen en transgender toiletten ook de bouw van studentenkamers hoog in het vaandel heeft staan.

In de jaren vijftig van de vorige eeuw was er nog wel een tekort aan woningen. Dat tekort was zo schrijnend dat de woningnood bestempeld werd als volksvijand nummer 1. Om dat probleem Utrecht uit te helpen, werden er vanaf de jaren 50 voortvarend nieuwe woonwijken - denk aan Hoograven, Kanaleneiland en Overvecht - de grond uitgestampt. Om de bewoners van al die nieuw gebouwde  woningen de kans te geven gezamenlijk te winkelen zonder nat te worden, werd Hoog Chagarijne neergezet. 

Door al dat bouwen is de stad in een razend tempo enorm gegroeid en radicaal van aard veranderd. Dat is beschreven in een boek dat Van stadsie tot stad heet. Het is met heldere pen en evidente stadsliefde geschreven door de journalisten Ad van Liempt en Ton van den Berg. Het kloppend hart van het boek bestaat uit foto’s die allemaal uit een bijzondere collectie van Het Utrechts Archief komen. De meer dan 100 foto’s in het boek zijn een lust voor het oog en met smaak uitgezocht. Op 1 foto na, maar daar sta ik dan ook op.

Henk Westbroek bij de foto van hemzelf die staat in 'Van stadsie tot stad'. Foto: B. Geerligs

Het eerste exemplaar van dit meesterlijke boek werd op een feestelijke bijeenkomst gepresenteerd en op die bijeenkomst werd onbedoeld geïllustreerd dat ook de titel van het  boek zorgvuldig gekozen is. Omdat het de inhoudelijke lading precies dekt.

Menig spreker - waaronder de wethouder van cultuur - brak giechelig zijn tong over het woord Stadsie. Dat woord is namelijk afkomstig uit een tijd toen er Utrecht nog overwegend met een Utrechtse tongval werd gesproken en de mensen die de tongval niet beheersten hem/ haar/het moeiteloos verstaan konden.

Die tijd is geschiedenis geworden en geschiedenis is voorbij. Dit heeft als gevolg dat het sociale cement van Utrecht niet langer het eigene van een unieke tongval is. We spreken tegenwoordig letterlijk en figuurlijk in Utrecht niet allemaal dezelfde taal meer. Er schijnen in Utrecht al meer dan 125 talen gesproken te worden die ik niet versta, las ik pas.

De taal die we ooit allemaal wel spraken of op zijn minst moeiteloos verstonden kom je uitsluitend nog tegen in geestig bedoelde reclames of in een enkele soapserie op RTV Utrecht. En je kunt op feestelijke toespraken je best doen je tong te breken over de uitspraak van het woord Stadsie.

(p.s.: Ad van Liempt en Ton van den Berg zijn vanaf 30 december t/m eind januari ieder weekend op RTV-Utrecht te zien met een groot aantal foto's uit het boek waar zij tekst en uitleg bij geven. Titel van het programma: Tijd van Toen. Daar hoef je dus je tong niet over te breken).