Westbroek - Het was een heerlijke zomerse dag en ik had oppasdienst. Mijn kleinzoon van ruim 2 jaar oud wilde zwemmen. Nou ja, zwemmen is een groot woord want dat kan hij niet. In zijn belevingswereld  betekent zwemmen dat je probeert je vuilniswagen te laten drijven, je bloedeigen opa nat te spatten en om met aarde uit de tuin het zwembadje te dempen.

Het oppompen van ons plastic zwembad doet  mijn kleinzoon graag zelf; een seconde of 3.  Daarna wil hij liever een snee brood mèt pindakaas maar zonder korst, of gaat hij de poes zoeken om te vragen of zij ook wil zwemmen. Onze poes doet dan net alsof ze mijn kleinzoon niet begrijpt, als ze tenminste de moeite neemt om wakker te worden.

Nadat opa helemaal alleen een stief kwartier  bezig was het dubbelwandige zwembad op te pompen met een pomp die gebrekkig functioneerde, en opa de aandrang  ontwikkelde om hiervoor een werkstudent in te huren, nam opa even een rustpauze. Onder het genot van een bakkie troost bladerde opa door het Utrechts Nieuwsblad en daarin veegde columnist Jerry Goossens de vloer aan met onze stadsregering omdat die verboden had om in het zwembad foto’s  van kinderen te nemen;  zelfs van je eigen kinderen of van je eigen kleinkinderen. Dit vanzelfsprekend om te voorkomen dat pedofielen de neiging zouden ontwikkelen om massaal zwembaden onveilig te maken.

Dit bracht mij op het idee om niet langer te proberen het privézwembad van 12 euro 99 op te pompen, maar om met  kleinzoon naar het pierenbadje bij het gemeentezwembad om de hoek te gaan. Toevallig had mijn dochter haar peperdure camera met telelens bij ons laten liggen. Toch eens kijken wat er gebeurt als je met een grote camera op de buik en een minderjarige aan de hand het zwembad in wil, dacht ik.

Om kort te gaan, er gebeurde  helemaal niks. Ik heb wel  tien foto’s van mijn spelende kleinzoon genomen en zelfs de badmeester bleek de behoefte niet te hebben me dat te verbieden of om de politie met loeiende sirenes uit te laten rukken. Het zou kunnen zijn dat er het in het geval van ‘foto’s van de eigen kleinzoon nemen’ een gedoogconstructie gehanteerd wordt; zoals die voor  belastingontwijking van multinationals en het roken van een stickie ook bestaat.

Maar misschien had de badmeester ook helemaal niks in de gaten, omdat hij meer oog had voor  verdrinkende zwembad gebruikers dan voor opa’s met een fototoestel. Er waren ook een paar vaders, die er uit zagen alsof ze moeiteloos in staat waren twee volle biervaten tegelijk op te tillen, wat foto’s van hun kinderen aan het maken. Het kan dus ook zo maar zijn dat de  tengere badmeester uit veiligheidsoverwegingen acteerde dat hij niks zag. Ik kwam thuis en vroeg me middels een grapje op twitter af welke onnozele hals  - in deze tijd waarin immers vrijwel  iedereen  met zijn mobieltje fotograferen  kan en niet nalaat dat dan ook te doen  -  het zwembad fotoverbod  bedacht had.

Onmiddellijk kreeg ik een reactie van de gemeente Utrecht. Onze gemeente heeft namelijk meer dan 100 communicatiemedewerkers in dienst. Die schrijven zo nu en dan eens een persberichtje, wat concreet betekent dat minstens 99 van die gasten een compleet nutteloos bestaan ervaart. Om communicatief toch wat om handen te hebben, hebben ze de stadsregering blijkbaar overgehaald om op Twitter te gaan. En - nu komt de aap uit de mouw - de communicatieafdeling van de gemeente volgt iedereen op Twitter die wel eens een heel klein beetje kritiek op het gemeentebeleid formuleert. Of er een piepklein grapje over maakt. Niet om van eventuele kritiek ook maar iets te kunnen leren, maar om kritiek weg te kunnen masseren.

Onze gemeente heeft dus een spionage-afdeling en van zo’n spion die zich gemeentelijk communicatiemedewerker noemt, kreeg ik het bericht dat het fotoverbod in zwembaden al sinds 2006 bestaat. En dat de bedoeling ervan helemaal niet is om pedofielen te ontmoedigen hun lusten in gemeentelijke zwembaden bot te vieren, maar dat het de gemeentelijke bedoeling is  ‘de privacy’  van jonge zwembadbezoekers te beschermen.

Dus ik mag bij een pierenbadje geen fotootje van mijn kleinzoon maken omdat de gemeente vindt dat ik daarmee inbreuk op de privacy, de lichamelijke zelfbeschikking van mijn 2 jarige kleinzoon pleeg; van wie ik tussen haakjes vrijwel dagelijks de blote billen en de piemel reinig.

Het recht op privacy wordt in deze met woord en daad beschermd door de gemeente Utrecht. Die zelf - hoe bizar- met voorbedachte rade de privacy van Utrechters schendt door hun Twitterberichten  te scannen op uitingen van kritiek. Ik zou op Twitter de Gemeente Utrecht kunnen blokkeren, maar ze weten waar ik woon en die communicatieonnozelaars gaan dan natuurlijk brieven schrijven. Ze hebben toch niks zinnigs om handen.

Henk Westbroek

(Deze column werd gepubliceerd in De Oud-Utrechter van 22 juli 2014)