René van Maarsseveen - Vorige week kwam de 6de druk uit van het woordenboek ‘Vollekstaol van de stad Uterech’. Een oud-klasgenoot vroeg me waarom ik het initiatief tot die uitgave heb genomen. Het eenvoudige antwoord is ‘de 5de druk was uitverkocht’. Dat klinkt wellicht te simpel, maar zo is het wel gegaan.

Ik heb zelf nooit Uterechs gesproken. Maar ik vond het altijd wel een interessant fenomeen. Dus ging ik vrijdag 17 januari 2020 naar een lezing van Koos Marsman, georganiseerd door de Historische Vereniging Oud-Utrecht. Het was een leuke avond met veel leut en informatie. De feitjes rond het Uterechse draaiden rond de 5de druk van de woordenlijst samengesteld door Bernard Martens van Vliet.

Die wilde ik hebben. Maar helaas. De laatste druk was in 2008 uitgekomen en al snel uitverkocht.

Koos Marsman, zijn woordenboek

Ik kende Koos Marsman al een tijdje. Met zijn vertolker Ton van den Berg sprak ik wel eens over de ambities van dit Utrechtse typetje. Het levend houden van de Uterechse vollekstaol bleek een van zijn belangrijkste drijfveren. Daarbij is Ton een enthousiast verzamelaar van Uterechse woordjes en anekdotes.

Naast rondleidingen in het Uterechs, taalcursussen in de vollekstaol, Uterechse columns en meer, zou Marsman iets met die woorden moeten doen. Een woordenboek maken bijvoorbeeld. Maar er is al een woordenboek, de vollekstaol-bijbel van Martens van Vliet.

Zo ontstond het idee voor een herziene herdruk. Ik zou ‘mijn boekie’ krijgen in de vorm van een zesde druk. En Koos Marsman zijn woordenboek. Daarbij bouwde hij inderdaad het liefst voort op het werk van de in 2011 overleden Martens van Vliet, die ook niets liever wilde dan dat de vollekstaol niet verloren ging.

Preproductie

Het uitgeven van de herdruk van het woordenboek hoefde geen probleem te zijn. Dat zouden we desnoods in eigen beheer doen. We werden enthousiaster toen bleek dat de erven Martens van Vliet achter het plan stonden. Blijvende aandacht voor de Uterechse vollekstaol, desnoods met een herziene uitgave (taal leeft), was immers wat Bernard ook wilde.

We gingen aan de slag. Ik oriënteerde me op het Uterechse in gesprekken met oude Utrechters. Naast gevoel voor de taal leerde ik daarbij direct ook mogelijke nieuwe woordjes. Koos Marsman ploegde door zijn aantekeningen en verzameling Uterechse woordjes. En samen gingen we door de verschillende uitgaven van het woordenboek van Martens van Vliet.

Oud-Utrecht

Koos Marsman maakte het wellicht niet veel uit, maar Ton van den Berg hamerde op contact met de historische vereniging Oud-Utrecht. Hij had immers al een paar keer met hun voorzitter Dick de Jong over het woordenboek gesproken. Vanuit de oude wijsheid ‘drie is een menigte’ liet ik contact opnemen op zijn beloop.

Maar uiteindelijk kon ik er natuurlijk niet omheen. Bij het eerste contact bleken Dick en medebestuurder Jan Bots al even enthousiast als Koos en ik. En eerlijk gezegd, een woordenboek van de zich in eeuwen ontwikkelde Uterechse vollekstaol hoort natuurlijk in het fonds van de historische vereniging Oud-Utrecht. Een vereniging met onder andere als doel het stimuleren van kennis en belangstelling in de geschiedenis van Utrecht.

Keuzes maken

Ton en ik waren inmiddels verder gegaan met vergelijken van de vijf uitgaven van het woordenboek. Dat leverde veel woorden op die vragen opriepen. Waarom heeft Bernard in latere drukken bepaalde woorden weggehaald of verklaringen veranderd. En hoe pasten onze gevonden en ontbrekende woorden in de bestaande lijn, oftewel ‘wat zou Bernard Martens van Vliet daarvan vinden’.

We besloten dat nader onderzoek nodig is. Op zijn minst zouden we daarvoor met dialectoloog Harrie Scholtmeijer moeten spreken. Hij wees immers ook Martens van Vliet op enkele taalzaken die hij daarna meenam in een volgende druk. En in hoeverre waren onze nieuwe woorden des stads Uterech; in omliggende dorpen werd en wordt immers ook Uterechs gesproken maar met een eigen invulling. Het huidige woordenboek richt zich, zoals de titel al aangeeft, op de stad Uterech.

Nieuwe standaard in woordenboeken

Wij besloten tot een vrijwel ongewijzigde herdruk. Maar met de 6de druk zet deze uitgave van Oud-Utrecht wel een nieuwe standaard voor woordenboeken. De kleurendruk maakt van ‘Vollekstaol van de stad Uterech’ immers een praktisch naslagwerk. De gekleurde Uterechtse woorden en zinnen onderscheiden zich van de lemma’s en verklaringen. Een idee van vormgever Jeroen Tirion waardoor je veel sneller een weg vindt in het woordenboek.

Bovendien is het een handzaam boekje. Je neemt het daardoor gemakkelijk mee. Bijvoorbeeld naar een volgende lezing van Koos Marsman over het Uterechse. Of je kunt er een Uterechs vollekstaol scrabble mee spelen met (oud)klasgenoten, medestudenten, vrienden en familie.

Speel je zo’n woordspel met je oud-Utrechtse grootouders of andere familieleden dan hoor je wellicht ook Uterechse woorden die niet in het ‘boekie’ staan. Mail die dan even door naar koosmarsman@gmail.com, dan komen ze wellicht ooit in een gewijzigde 7de druk.

NB. Drie is een menigte!? Bij de vereniging Oud-Utrecht blijkt die te bestaan uit enthousiaste, vriendelijke en behulpzame mensen. Een leuke 'club' met een mooie missie. Ben je nog geen lid, meld je dan aan en ondersteun het stimuleren van onder andere de Uterechse vollekstaol. Je kunt bij hen ook direct het woordenboek bestellen.