Nestorix - Afgelopen weekend zijn de verkiezingscampagnes weer losgebarsten. Landelijke partijleiders, ministers en  kamerleden sjouwen stad en land af om, samen met de lokale kopstukken, ons te overtuigen om toch vooral te gaan stemmen op 18 maart.

Deze keer gaat het zelfs om twee verkiezingen op één dag. Bovendien krijg je er, net als bij sommige grootgrutters, nog een derde, in de vorm van een verse Eerste Kamer, gratis bij.

Zowel de Provinciale Staten als het algemeen bestuur van het Waterschap moeten worden gekozen. Voor een hoop kiezers in Utrecht zijn het provinciebestuur en het waterschap een ver van mijn bed show.

Het waterschap valt één keer per jaar op de mat via de belastingheffing, die overigens de laatste jaren gecombineerd is met de gemeentelijke belastingen, en van de provincie hoor je helemaal weinig of niets.

Toch zijn beide bestuursorganen niet van belang ontbloot. Zo is de provincie, na het opheffen van het BRU (bestuur regio Utrecht), verantwoordelijk voor ons stedelijk openbaar vervoer geworden en wordt het waterschap geacht er voor te zorgen dat we droge voeten en schoon water houden. Bepaald geen onbelangrijke zaken.

Toch zal de campagne voor die regionale zaken weer volledig gekaapt worden door de landelijke politiek.

Doordat dat nieuwe provinciale staten na hun installatie een nieuwe eerste kamer kiezen, kun je er gezien de politieke situatie in Den Haag van uit gaan dat de media zich volledig op die verkiezing storten.

Het zal dus weer niet gaan over de vraag of tante Mien nog met de bus naar de markt kan of naar haar zuster in Tienhoven. Het zal niet gaan over het Noorderpark dat deels onbegaanbaar is na elke flinke regenbui of de toekomst van de waterzuivering op Overvecht. Het zal gaan over de vraag of er nog wat te regeren valt voor het VVD-PvdA kabinet na 18 maart.

Heel frustrerend voor al die regionale politici in de dop die hun best gedaan hebben om een mooi programma in elkaar te draaien over wel of geen windmolens, betere fietspaden of autowegen, meer of minder natuur. Laat staan dat provinciale fracties worden afgerekend op hun prestaties in de afgelopen jaren. Gezien het abominabele provinciale cultuurbeleid is daar bijvoorbeeld alle reden toe.

Alleen als je huis in elkaar dreigt te vallen door jarenlange gasproductie, zoals in Groningen, valt er misschien nog iets binnen te halen over twee weken.

Terwijl ik dit schrijf wordt op de radio een verkiezingsdebat tussen de lijsttrekkers voor de Eerste Kamer aangekondigd. Sneller kun je je gelijk niet krijgen. Natuurlijk ga ik stemmen, maar ik krijg zo langzamerhand wel mijn buik vol van lokale en regionale verkiezingen die alleen nog maar behandeld worden als een populariteitspoll voor de landelijke politiek. Zelfs al krijg ik twee gratis extra kansen bij mijn gang naar het rode potlood.