Dik Binnendijk – “Ik weet op wie we morgen gaan proosten als je komt eten.” Peter: “Wie er overleden is, weet ik nog niet. Ik ben druk aan het werk.” Maar een paar minuten later appte Peter me: “Ik weet het al!!” vergezeld van een mooie foto van componist Louis Andriessen, waarin hij ons via de spiegel aankijkt.

Peter en ik eten meestal samen op vrijdagavond. Ruim een jaar hebben we de gewoonte om te proosten op het zielenheil van een in die week overledene. Afgelopen vrijdag deden we dat met een glas malt whisky. Misschien zijn we er wel mee begonnen toen dirigent, pianist en componist Reinbert de Leeuw half februari 2020 was overleden. Allebei hebben we Reinbert vaak zien dirigeren en Louis als bezoeker in de concertzaal gezien. Als er een compositie van hem werd gespeeld - of van een van zijn leerlingen - dan was Louis er altijd bij: een onopvallende, vriendelijke man.

Ik ben in Utrecht en Amsterdam bij heel wat uitvoeringen van muziek van Louis geweest. Zo heb ik ook drie van zijn vijf opera’s gezien: Rosa, a horse Drama; Writing to Vermeer en La Commedia. Terwijl ik deze column schrijf, hoor ik op de achtergrond op NPO Radio 4 het laatste werk van Louis Andriessen: ‘May’ voor koor en orkest. Deze compositie heeft hij af kunnen maken met behulp van zijn oud-leerling Martijn Padding, want Louis leed toen al aan de ziekte van Alzheimer.

In de Volkskrant van 3 december 2020 zei Martijn Padding hierover “Louis was op driekwart van May. In de pianopartituur, zeg maar het staketsel van de compositie, had hij de noten tot in detail opgeschreven. Alles wat hem uniek maakt zat erin: de waanzinnige stemvoering, de perfecte akkoordverbinding. Vanaf dat moment werd ik zijn klankbord. Het componeren ging moeizamer, maar in juni 2019 had hij de pianopartituur klaar. Alle noten waren van hem, ik heb niets toegevoegd.”

Louis Joseph Andriessen werd op 6 juni 1939 in Utrecht geboren in de Herenstraat. Hij was het zesde en jongste kind van organist en componist Hendrik Andriessen (1892-1981) en zijn vrouw Tine Anschütz. Het was een muzikaal gezin, waar iedereen op z’n minst piano kon spelen. Op zondag 15 november 1992 werd in het Muziekcentrum Vredenburg (nu TivoliVredenburg) de afsluitende avond van het Hendrik Andriessen Eeuwfeest gehouden. Die avond werd ‘De Nacht van Andriessens’ genoemd. Behalve werken van Hendrik werden ook composities uitgevoerd van zijn broer Willem, zijn zonen Jurriaan senior en Louis en ook van kleinzoon Jurriaan junior. De laatste was een jaar eerder door een verkeersongeval om het leven gekomen. 

Behalve bij het concert, dat live werd uitgezonden op Radio 4 was ik ook aanwezig in de catacomben van het Muziekcentrum. Ik interviewde daar onder meer Louis en zijn veertien jaar oudere broer Jurriaan. Beide broers heb ik onder andere gevraagd naar de invloed van hun vader op hun componeren. En natuurlijk naar wat ze van elkaars muziek vonden. De oorspronkelijke opnames heb ik ongetwijfeld nog op een cassettebandje staan in een van de drie dozen met mijn originele radio-opnames.

Ik interviewde ze voor ‘Wroeten in klassiek’, mijn wekelijkse radioprogramma bij de Konsertzender Utrecht. Dat werd eerst op dinsdag uitgezonden; later is dat de zondag geworden. Tot begin 2016 - toen de Konsertzender uit de lucht ging - heb ik dat bijna 24 jaar lang gedaan als vrijwilliger. Van ‘De Nacht..’ heb ik uiteindelijk drie programma’s gemaakt waarbij ik muziek van de Andriessen-familie draaide afgewisseld met de gemonteerde door mij gemaakte interviews. Opnames van die radio-uitzendingen heb ik niet.

Ik weet nog goed dat het een heksenketel was in die catacomben. Er was geen rustig plekje voor de interviews. Continue keken allerlei hoofden naar me, maar bemoeiden zich er gelukkig niet mee. Louis was heel vriendelijk en had de tijd voor me. Zijn broer Jurriaan zat een beetje op hete kolen, want hij zou ook worden geïnterviewd door Han Reiziger van de VPRO-radio. Ik geloof dat Jurriaan toen wat bekender was in het klassieke muziekwereldje dan zijn broertje. Dat kan verkeren. De muziek van Jurriaan is zo goed als vergeten en Louis wordt nu de belangrijkste Nederlandse componist genoemd na Jan Pieterszoon Sweelinck (1562-1621).

Na het radio-interview in 1992 heb ik Louis nooit meer gesproken. Maar dus wel heel veel gezien. “Ah, Louis is er ook!”  En zo heeft hij toch een plek gekregen in mijn leven. Toen Peter en ik proosten op Louis’ zielenheil, ging er een rilling over mijn rug. Dat had ik ook bij Reinbert. Daarom hoop ik bij onze volgende dodenproost toch liever op iemand, waar ik niet echt een band mee voel.

Meer informatie over Louis Andriessen o.m.

https://nl.wikipedia.org/wiki/Louis_Andriessen

 Programma ‘De Nacht van Andriessens’, Muziekcentrum Vredenburg van 15 november 1992