Door Ton van den Berg - Thomas Dres is begraven en dat op de begraafplaats waar hij jarenlang ervoor zorgde dat vijftig gevallenen uit de Tweede Wereldoorlog de aandacht bleven krijgen die ze verdienden. Op begraafplaats Barbara aan de Prinsesselaan op een steenworp afstand van waar hij woonde, is hij, 74 jaar oud, ten ruste gelegd.

In een bomvolle kerk op de katholieke begraafplaats werd nog eenmaal over Thomas Dres gesproken. Niet alle Utrechters zullen hem bij naam kennen, maar hebben toch met hem te maken gehad. In de jaren tachtig en negentig was deze boomlange man de voorzitter van de Oranjevereniging van de Binnenstad en zorgde hij ervoor dat iedere Koninginnedag werd begonnen met een traditionele aubade.

En waar hij ook lange tijd voor zorgde was de presentatie bij de binnenkomst van Sinterklaas aan de Bemuurde Weerd. Dres ging in de jaren tachtig voorop in het zingen van de sinterklaasliedjes en werd daarbij begeleid door het orkest van de Veermannen, een van de laatste daden van dit legendarische straatorkest.

Als leraar op diverse basisscholen, waaronder de Willibrordus-basisschool, betrok hij leerlingen bij de Utrechtse geschiedenis, met name die van de Tweede Wereldoorlog. Hij adopteerde in 1986 met de school het Erehof van begraafplaats St. Barbara waar vijftig slachtoffers, verzetsmensen en soldaten, van de oorlog begraven liggen. Eind jaren negentig ging hij ertoe over om daar jaarlijks op 4 mei een herdenking te houden waarbij steeds meer familieleden van de overledenen betrokken raakten.

Hij was ook lid van het Utrechts Comite 4 mei herdenking, maar verliet die om zijn eigen 4 mei herdenking op het Erehof meer vorm te geven. Behalve familieieden kreeg hij ook steeds meer hoogwaardigheidsbekleiders zoals de burgemeester, commissaris van de koningin en aartsbisschop zover om het Erehof met regelmaat te bezoeken.

Dres was 'een man die als hij iets in zijn hoofd had, dan gebeurde het ook', zo sprak een neef van hem. Dat hebben ze geweten bij de gemeente en de media waar hij regelmatig aan de bel trok als hem iets niet zinde. Dat kon vaak in zijn woonomgeving zijn, maar de beste herinnering is nog wel dat hij in 1999 aan de bel trok voor aparte herdenkingsbijeenkomsten voor de soldaten die in de jaren veertig naar Indie gingen om daar te vechten voor het Vaderland. Hij kreeg met het Veteranencomite voor elkaar dat er nu elk jaar in december een bijeenkomst is voor de Indie-veteranen op begraafplaats St. Barbara.

Zijn dood vorige week was snel gekomen. Onverwacht, stond er in de overlijdensadvertentie. Maar Dres wist wat hem te wachten stond. Er waren uitzaaiingen geconstateerd waarover hij met maar weinig mensen sprak. Op 4 mei was het zijn laatste keer als voorzitter van het comite Erehof St. Barbara, daar droeg hij de hamer over aan zijn opvolger. Opmerkelijk voor wie hem kende. Hij heeft toen al geweten dat dit ook echt zijn eigen allerlaatste keer was.