Nestorix - Precies twintig jaar geleden schoof ik op 1 januari ‘s morgens rond een uur of tien, met een lichte kater, mijn gordijnen open en constateerde dat het weer er sinds de vorige avond niet beter op geworden was.

Een miezerig regentje en een gure wind die de resten van het vuurwerk van de vorige avond door de straat deed wervelen. Alle reden om nog even terug in mijn warme bed te kruipen.

Echter, aan de overkant van de Nicolaas Ruychaverstraat zag ik twee mannen die het klotenweer trotseerden en foldertjes in alle brievenbussen stopten. Ik keek nog eens goed en herkende in één van die mannen Henk Westbroek.

Ik wist dat hij ooit in mijn straat gewoond had, maar hem had ik hier op deze dag en op dit uur zeker niet verwacht. Ik liep naar de gang en ook op mijn deurmat lag een vochtige folder.

Leefbaar Utrecht wenste mij een gelukkig 1998 en riep mij op om in de komende maand maart mijn stem aan hen te geven bij de gemeenteraadsverkiezingen. Het vervolg van de geschiedenis is bekend.

Bij die verkiezingen kwam de partij van Henk en Broos Schnetz, want dat was de andere folderbrenger, met negen zetels in de Utrechtse gemeenteraad.

Inmiddels zijn we twintig jaar verder en staan er ook de komende maand maart weer gemeenteraadsverkiezingen voor de deur en ook nu werpen die verkiezingen hun schaduw vooruit.

Het is al jaren zo dat het gevoerde beleid van een college en de partijen die het vormen, nauwelijks weerspiegeld wordt in de verkiezingsuitslag. De landelijke trend is voor veel partijen de bepalende factor daarnaast speelt de opkomst van de kiezers een voorname rol.

Dat geldt met name voor lokale partijen en voor “protestpartijen” als PVV en DENK.

In hoeverre zullen zij in Utrecht in staat zijn om hun aanhang naar de stembus te krijgen. Stadsbelang Utrecht kon bij de vorige verkiezingen nog drijven op de moedige stap van ex-CDA-er Cees Bos, die met zijn beslissende stem de plannen voor een peperdure bibliotheek op het Smakkelaarsveld in de prullenbak deed verdwijnen, maar de afgelopen vier jaar zijn ze voor de Utrechtse kiezer voornamelijk onzichtbaar geweest.

Voor de PvdA zullen het in ieder geval spannende verkiezingen worden. De laatste decennia is die partij sterk afhankelijk van de landelijke trend en die zit niet mee. Ook de onzichtbare oppositie tegen het college in de afgelopen vier jaar en het geharrewar rond de lokale lijsttrekker, met een dubieuze rol voor oud PvdA-wethouder en partijvoorzitter Hans Spekman, zal zeker niet in hun voordeel werken.

Ik ben in ieder geval heel benieuwd wat er met D66 gaat gebeuren. Zullen zij profiteren van de deelname aan het nieuwe kabinet of juist niet. De komende verkiezingen zullen moeten bewijzen of zij in Utrecht net zo’n stabiele factor kunnen worden als GroenLinks al jaren blijkt te zijn.

We gaan het allemaal zien in de nacht van 21 op 22 maart aanstaande.

In ieder geval is er weer genoeg om over te praten in het komende jaar waarvan ik hoop dat het voor u allen en heel gezond en voorspoedig jaar mag worden.