Nestorix - Afgelopen donderdag nam Jeroen Kreijkamp afscheid van het Utrechts gemeentebestuur na een wethouderschap dat acht jaar geduurd heeft.

Ik denk dat er weinig Utrechters zijn die dat desgevraagd weten. Dat is niet bijzonder voor lokale bestuurders. Meestal komen ze slechts in het nieuws als er iets gruwelijks mis gaat en zelfs dan is het voor de meeste inwoners “de gemeente” die weer eens geblunderd heeft. Natuurlijk zijn er altijd wethouders die hun uiterste best doen om zich in the picture te werken en soms helpt de portefeuille die ze beheren daar ook aan mee.

Alles wat met veiligheid, bouwen, wonen, verkeer en milieu te maken heeft, kan zich nu eenmaal in meer belangstelling verheugen dan personeelsbeleid, organisatieontwikkeling, de gemeentelijke poot van het onderwijsbeleid en ook financiën, zolang de gemeentelijke tarieven niet de pan uit rijzen.

Bovendien is het lastig om de media te interesseren voor dingen die gaan, zoals ze volgens de bevolking zouden moeten gaan.

Toch komen al die dingen niet vanzelf tot stand. De gemeentelijke organisatie en de publieksdienstverlening door die organisatie heeft onder leiding van Jeroen Kreijkamp een enorme verandering ondergaan, waarvan het samenbrengen van alle gemeentelijke diensten in het Stadskantoor een belangrijk onderdeel was.

Deze operatie is voor de Utrechtse burgers tamelijk geruisloos verlopen. Geen grote groepen protesterende ambtenaren met borden 'We pikken het niet' op het Vredenburg. Natuurlijk zou dat ook iets kunnen zeggen over de 'meegaandheid' van de ambtenaren, maar daarmee doe je de politiek verantwoordelijke te kort.

In die acht jaar heeft Kreijkamp zich in ieder geval getoond als een bestuurder die open staat voor argumenten en bereid is zijn oorspronkelijke plannen op grond daarvan te wijzigen.

Na het afschieten van de nieuwe bibliotheek op het Smakkelaarsveld was zijn aanvankelijke, en vanuit zijn positie begrijpelijke, reactie: “Jullie zoeken het maar uit, ik doe niets meer voor een nieuwe bibliotheek”. De bibliotheek was immers verzelfstandigd dus formeel zelf verantwoordelijk voor haar eigen huisvesting.

Dat hij uiteindelijk na argumenten vanuit de raad en de samenleving toch overstag ging en meewerkte aan het plan voor het voormalige postkantoor aan de Neude tekent de bestuurder Kreijkamp. Ook de aanpassing van het horecaplan voor de binnenstad past in die lijn.

Nu zou je kunnen zeggen dat een bestuurder die zijn plannen - die hij eerst met verve verdedigd heeft - alsnog aanpast aan de wil van (een deel) het volk, blijkbaar wat slapjes in de knieën is. Er zijn immers wethouders voor minder opgestapt.

Je kunt met evenveel recht beweren dat het voortkomt uit een zeer democratische inborst, die het luisteren naar de vox populi zeer hoog in het vaandel heeft staan. Op zich niet zo vreemd voor een wethouder die de eerste vier jaar ook de participatie van de bevolking in het stadsbestuur in zijn portefeuille had.

Utrecht heeft afscheid genomen van een onopvallende harde werker, met immer een luisterend oor voor de Utrechters en volle inzet voor een nog betere toekomst voor de stad.

Daarvoor heel veel dank, Jeroen.

Kreijkamp tijdens zijn laatste toespraak voor de gemeenteraad. Foto: Ton van den Berg