De eerste wedstrijd van Oranje. Waar zal ik gaan kijken. Het leeft nog niet echt. Oranje krijgt veel aandacht op de televisie, maar dat gaat vooral over systeem en andere voettechnische zaken. Nee, het leeft nog niet echt. Ik besluit thuis te blijven. Als het niets is kan ik dan makkelijk wat anders gaan doen.

De eerste helft is matig spannend. En de onterechte penalty maakt het niet leuker. Ik blijf kijken in tweestrijd, verder kijken of …

Dan de vierenveertigste minuut. Met een prachtige kopbal, mag zo’n fenomaal getimede duikvlucht zo heten, maakt Robin van Persie gelijk. Waar zijn mijn vrienden, waar mijn kroegmaten. Dit doelpunt is te groots. Zo’n doelpunt kun je niet in je eentje verwerken.

In de rust verbijt ik de teleurstelling over mijn beslissing thuis te kijken. Ik denk terug aan eerdere WK-wedstrijden. Die zag ik in Utrechtse kroegen en op het tijdelijke strand van Sidney Rubens.

Op dat strand had ik met leden van het Stichts Ondernemers Genootschap gegeten. Het was er rustig tot vlak voor de wedstrijd. Maar de ruimte stroomde kort voor de wedstrijd snel vol met mannen in Oranje. En vrouwen in hun Bavaria-jurkjes. Sommigen afleidend prachtig, anderen iets te gezet. Maar het maakte niet uit, op zo’n avond hebben we slechts oog voor het Nederlands elftal.

Ook de voetbalavonden in de Potdeksel waren bijzonder. De ene keer met Utrechtse politici, een andere keer met leden van de businessclub van FC Utrecht, stamgasten van de Potdeksel, studenten of met een mix van deze groepen. Tot het tweede biertje is er verschil. Maar daarna is iedereen gelijk. Sport verbroedert in de kroeg.

De laatste WK-finale zag ik bij mijn broer. Met hem was verbroedering niet meer nodig. Hooguit met de genodigden van verschillende pluimage. Maar dat bleek nauwelijks een probleem. Want als het bier stroomt, zelfs wijndrinkers pakken bij voetbal zo’n gele jongen, is er slechts één doel: Oranje naar de winst juichen, zingen en analyseren.

Ik zit nog half in mijn herinneringen als de achtste minuut van de tweede helft aanbreekt. Daley Blind trapt een lange bal naar Robben. Die neemt de bal prachtig aan, dribbelt om twee spelers heen en knalt de bal achter de keeper. Weer een weergaloos mooi moment.

Een moment waarin ik besluit geen wedstrijd meer alleen te kijken. Foto’s van Utrecht, de volgende dag op deze site, doen de rest. Het is feest in de kroegen, het is feest in de stad. Mijn besluit staat vast. Woensdag zit ik in een Utrechtse kroeg.