Raymond Taams - De IJzeren Man slikte zes witte tabletjes per dag om zich beter te kunnen concentreren, methylfenidaat heette dat spul. Tegen de bijwerkingen gebruikte hij drie groengele capsules met een andere stof erin, waardoor het totaal aantal dagelijks te consumeren pillen op negen uitkwam. Dit deed hij sinds zes jaar. Trots rekende de IJzeren Man uit dat hij in deze periode bijna twintigduizend pillen had geslikt. Daarbij kwamen ook nog minstens twintig glazen alcohol per week, wat volgens de waarschuwingsstickers op de etiketten niet mocht.

Soms raakte zijn zenuwstelsel enigszins van slag door de cocktail van chemicaliën, in de covid-crisis gebeurde dit steeds vaker. Wellicht was de tijd waarin hij leefde inmiddels spannend genoeg om zijn concentratievermogen op peil te houden. Maar aan stoppen wilde de IJzeren Man voorlopig niet denken; ‘nee’ zeggen tegen gratis drugs van overheidswege lag niet in zijn aard.

Afgelopen maandag worstelde hij behoorlijk met alle geneesmiddelen, zo erg dat op een bepaald moment de muren van zijn kleine flat op hem afkwamen. Toen een uitvoerige meditatiesessie niet hielp, zocht hij zijn heil op straat. Driftig voortbenend over de eindeloze Jutfaseweg joegen de gedachten door zijn kop, uitmondend in een helder inzicht: er waren slechts twee zaken: het virus, en onze reactie op het virus.

Hij herinnerde zich een uitspraak van Freud: ‘therapie is het vervangen van neurotisch lijden door reëel lijden’. Als adolescent had de IJzeren Man deze wijsheid toegepast op het versieren van meisjes. Ten overstaan van vrienden in een café worden afgewezen door een dame was minder erg dan nachtelijk gepieker over eventueel maagd blijven.

Resoluut greep de IJzeren Man naar zijn rekenmachine, en rekende uit hoeveel een procent van zeventien miljoen was. Zou hij, als hij minister-president was, bereid zijn de verantwoordelijkheid voor honderdzeventigduizend doden te aanvaarden, in ruil voor een geestelijk gezond, geopend Nederland? Daar had je een snufje psychopathie voor nodig in je persoonlijkheid, maar misschien had hij dat wel.