Donderdag 29 oktober vindt om 18.00 uur bij het Spoorwegmuseum de onthulling plaats van het monument ter nagedachtenis aan alle in de Tweede Wereldoorlog omgekomen Joodse burgers uit Utrecht.

Het monument is een bronzen Sjofar (Hebreeuws voor ramshoorn) en is gericht op het oosten en vormt een teken van hoop bij een diep-treurig gebeuren.

Het Spoorwegmuseum is niet zomaar als locatie gekozen: vanaf het voormalige Maliebaanstation werden meer dan duizend Utrechtse Joden op transport gezet.

Bij de plechtigheid zal Els van Stalborch van het Stadsdichtersgilde haar gedicht, Sjofar, voordragen.

Sjofar

 -

Sjofar, adem een nieuwe wereld,

de oude groef zijn zwarte hand

te diep in de bedroefde aarde,

zij is tot bloedens toe gewond.

 -

Sjofar, adem een nieuwe mens,

zoals hij ooit tussen zon en

maan als dageraad begon

en namen gaf, die alles leefde.

 -

Sjofar, hoe is het mis gegaan,

de mens verloor zijn licht en

al zijn dromen heeft hij uit

gedaan en weet niet wie.

 -

Een wereld, die niet open wil,

achter dichte woorden treurt

de stilte, namen die nog zoveel

zeggen, gemis verjaart niet.

 -

Niemand weet waarom.

Na zoveel jaar een monument.

Het mag niet wennen, nog

loopt angst gearmd met haat.

 -

Herinnering gegrift in steen,

adem van de ziel van zoveel

leven, weggevoerd en nooit terug

Tijd groeit krom.

 -

Sjofar, wakker ieder die jou in

het voorbijgaan ziet en spreek

de droom van Jom Kippoer.

Wat is gebroken breek het niet.

 - 

Els van Stalborch

Joods Oorlogsmonument Utrecht

Els van Stalborch. Eigen foto