De Grand Départ van de Tour de France houdt Utrecht in de ban. Beelden van de stad zullen in de hele wereld te zien zijn. Grote belangstelling is er ook voor de poster van Martin Minjon (63) met beelden van kleurrijke fietsen in de oude stad.

Interview door Jan Jansen

De talloze fietsen in de stad. Martin Minjon werd door deze beelden gefascineerd. Als fotograaf heeft hij sinds 2013 zo’n 1100 foto’s gemaakt van kleurrijke gestalde fietsen. Het begon met het zien op de Oudegracht van een bakfiets met langspeelplaten die op de zijkant waren aangebracht.

“Ik ben een groot muziekliefhebber,” vertelt hij. “Als platenverzamelaar wilde ik dat op beeld vastleggen. Daarna viel me op hoeveel grappige situaties zich voordoen met gestalde fietsen. Hangend over een balie, soms er merkwaardig doorheen gevlochten. Veel kleurrijke fietsen met allerlei  persoonlijke kunstwerkjes. Op mijn zolder heb ik 49 foto’s geselecteerd voor een Utrechtse Fietsposter. Om de poster professioneel te drukken heb ik veel steun gehad van Roel van den Brink, de eigenaar van Catch in de Domstraat. In allerlei winkels en bij de VVV is hij nu te verkrijgen.”

Als geboren en getogen Utrechter is hij er trots op met zijn poster een bijdrage te kunnen leveren aan het imago van Utrecht als fietsstad. De Utrechtse Fietsposter hangt nu in de hal van het nieuwe stadskantoor en in het Utrechts Archief op tentoonstellingen die over de Tour de France gaan. “Ik vind dat echt geweldig. Dat komt ook omdat ik opgegroeid ben in een gemeentelijke sfeer, in een dienstwoning bij het terrein van de voormalige Dienst Openbare Werken van de gemeente aan Achter Clarenburg. Mijn vader was bode bij die dienst en moest elke dag stukken brengen van de DOW naar het stadhuis en omgekeerd. We woonden aan de Rijnkade boven de poort naar het binnenterrein van de DOW. Als directeur Hoogendoorn, een voormalige kolonel, met zijn auto aankwam moest mijn vader klaarstaan om de poort open te doen. We woonden midden in de stad maar als kind had ik met mijn vriendjes, twee zusjes en broer op dat binnengebied van de DOW geweldige speelmogelijkheden.”

De Rijnkade in 1969 vlak voor de sloop van de bebouwing. Foto: HUA

Voor de bouw van Hoog Catharijne en de singeldemping moesten eind jaren zestig alle gebouwen aan de Rijnkade en Achter Clarenburg gesloopt worden. Ook de tegenoverliggende bebouwing van onder andere de Stationstraat en het station werden gesloopt. Alleen het gebouw van de SHV op de hoek van de Mariaplaats en het tegenoverliggende Domhotel mochten blijven staan. “Het hart werd ruw uit de stad gerukt, het leek wel een enorme bomkrater. Ook ons huis moest verdwijnen, we kregen een andere dienstwoning in de Jekerstraat. De DOW kreeg daar de gemeenteopslag aan de Croeselaan. Het was verschrikkelijk om al je vriendjes uit de buurt door die sloop kwijt te raken. Ons huis stond op de plek waar nu de ingang is van de V&D parkeergarage.”

Muziek en voetbal waren de grote hobby’s van Martin Minjon. “Met vrienden ging ik altijd de nieuwste plaatjes beluisteren bij Staffhorst in de Drieharingstraat. We konden er uren blijven zitten en van de muziek genieten. Ook bezochten we live-optredens van de Rolling Stones en Pink Floyd in Amsterdam. In Utrecht gingen we elk weekend naar bandjes die in kelders speelden aan de Oudegracht, zoals de band Gloria waar Robert Long de zanger was. Mijn hele zakgeld ging op aan het kopen van singles en langspeelplaten. Het was een bijzondere tijd, eind jaren zestig. Iedereen was aan het ontdekken.”

Voetbal in de stad was erg populair. “Ik speelde in de A-junioren bij Velox. In die tijd waren er ook zomeravond voetbalcompetities tussen allerlei bedrijven in de stad als de OBB- boys  (de Oranje-Bier-Boomboys), De Leidsche Veerboys, de Greepboys. Mijn vader was secretaris van het zomeravondteam OW, dat stond voor Openbare Werken. Hij was ook scheidsrechter, een niet altijd even gelukkige combinatie. Bij de Dienst Openbare Werken werkten bekende semiprofvoetballers, die bij DOS en Velox speelden.

Nol de Ruiter speelde in het eerste van DOS en werkte bij de gemeente op de lichtdrukafdeling. Ook Leen Morelissen, Gijs Uittenbosch, Hassie Achterberg van Velox werkten bij de gemeente in de buitendienst. Door mijn vader werd ik regelmatig gevraagd mee te doen met het sterke team OW. Heel bijzonder om met die grote voetballers mee te mogen spelen. Het waren toch voor ons jongens een soort pophelden, die profvoetballers. Ze mochten in de zomeravondcompetitie alleen meedoen als ze op dat moment geen contract hadden. In de weekenden ging ik naar DOS en Velox. Het was de glorietijd van het Utrechtse voetbal. Bij die clubs waren Ton van der Linden en Willem van Hanegem van de buitencategorie. Jammer dat tegenwoordig talenten altijd zo snel weer vertrokken zijn uit Utrecht.” 

Fotografie heeft zich van hobby ontwikkeld tot de professionele activiteit van Martin Minjon. Het succes van de Utrechtse Fietsposter heeft, mede door de internationale belangstelling voor de Tour de France, daartoe in belangrijke mate bijgedragen. Met groot enthousiasme en passie stort Minjon zich nu in de wereld van publiciteit om steeds meer bekendheid aan de poster te geven. “Ik ben ongelofelijk trots en blij met deze bekendheid, er is heel veel waardering. Als de poster door toeristen gekocht wordt gaat hij de hele wereld over. Dat is dan een prachtige promotie voor Utrecht als fietsstad. Nooit had ik durven dromen dat mij dat, als gewone Utrechtse jongen, zou overkomen.” 

(Dit artikel is eerder gepubliceerd in De Oud-Utrechter van dinsdag 23 juni en is met toestemming van de auteur overgenomen.)